677 meerdere of mindere volmaaktheid van een vuurwapen slechts één der vele factoren is, die in het gevecht in aanmerking komen. Het is goed dat van tijd tot tijd zich eens eene stem doet hooren om den invloed dier techniek tot hare juiste proportiën terug te brengen. Eene poging in die richting is onlangs gedaan door den russischen lui tenant-kolonel Wolozkoi in een werkje getiteld: Het geweervuur in het gevechtbijdrage tot de psijcho-physiek, waarvan eene Duitsche vertaling voorkomt in den jaargang 1883 van de Allgemeine Militar-zeitung. De inhoud er van kwam ons te merkwaardig voor om die niet met een enkel woord aan de lezers van het Indisch Militair Tijdschrift mede te deelen. "Wij nemen daartoe uit eene recensie het volgende over, dat de grondgedachten vrij wel teruggeeft „De mensch blijft mensch en is als zoodanig een onvolmaakt wezen van de schepping der wereld af. De soldaat maakt daarop geene uit zondering. Hij heeft slechts als massa waarde, en bij de beoordeeling van hetgeen hij presteert kan slechts van massa-werking sprake zijn „Nu is echter deze massa in het gevecht eene verzameling van zenuw achtig opgewondene individuen, doordrongen van zucht tot zelfbehoud, en alle opvoeding en discipline te schande makende; redenen waarom het dwaasheid zou zijn zich van vredestheorieën succes voor te spie gelen en bij vb. eischen te stellen als weinig maar juist schieten'''' of yjiet vuur in de hand houdenen dergelijke. De vredesondervinding van het schijfschieten leidt tot volkomen valsche gevolgtrekkingen; de oorlogservaringen van enkele personen zijn zelden geloofwaardig of vol doende gegrond, en slechts eene reeks van feiten is toereikend om daar uit wetten voor het geweervuur in het gevecht af te leiden." „Zulk eene reeks van feiten nu heeft de schrijver uit verschillende veld tochten in alle landen der wereld verzameld, en hij komt op grond daar van onder anderen tot de volgende resultaten „De op het slagveld verkregen treffers met gladde en met getrokken „geweren zijn nagenoeg gelijk." „Yan alle standen die men het met de handen vastgehouden geweer kan geven is de moeielijkste die, waarbij de loop horizontaal of nage noeg horizontaal is. Nu handelt de mensch echter, wanneer hij zijne tegenwoordigheid van geest gedeeltelijk verloren heeft, niet zooals het noodig, maar zooals het hem het gemakkelijkst is, zoodat hij in het Wij moeten opmerken dat de schrijver hier aileen den grooten oorlog op het oog heeft.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 688