82
aanleiding daarvan heeft de Gouverneur-Generaal de formatie der depot
bataljons tijdelijk met dat personeel uitgebreid. Yandaar hoofdzakelijk
het belangrijk verschil tusschen de cijfers der normale en der tegenwoor
dige formatie van het Europeesch gedeelte van het Leger, maar van
daar tevens hoofdzakelijk het belangrijke incompleet op 31 December
1882. De bedoelde tijdelijke uitbreiding der formatie deed het incompleet
aan Europeanen, dat zonder haar op 31 December 1882 reeds 655
man zou bedragen hebben, klimmen tot 1495 man.
Plaatselijke indeeling. Krachtens artikel 3 van 's Konings besluit
dd. 28 Januari 1882, No. 13, (Indisch Staatsblad, No. 113) werd door den
Gouverneur-Generaal bij besluit van 26 Juni 1882, No. 23, de plaatselijke
indeeling des Legers nader vastgesteld, met uitzondering van die der
garnizoensinfanterie, die slechts tijdelijk werd ingedeeld, in afwachting
van 's Konings beslissing op de ingediende voorstellen, om de formatie
van dit onderdeel van het Leger te herzien. De bestaande toestanden
werden echter door dat besluit niet noemenswaardig gewijzigd en ook
niet door de nieuwe regeling van de plaatselijke indeeling der garnizoens
infanterie, die bij Indisch besluit van 6 April 1883, No. 8, tot stand kwam,
nadat bij Koninklijk besluit van 28 October 1882, No. 24, omtrent de
formatie van die infanterie beslist was. Alleen ten opzichte van de gar
nizoensbataljons van Sumatra's Westkust en Sumatra's Oostkust werd
van het bestaande in eenigszins belangrijke mate afgeweken. Yoor het
eerstgenoemde bataljon werden de detachementen te Ajer-Bangis, Rau
en Fort van der Capellen, ieder 1 officier en 50 man sterk, opgeheven
en daarentegen twee nieuwe standplaatsen aangewezente Loeboe-Sika-
ping ééne compagnie, sterk 4 officieren en 150 man, en aan het Toba-
meer een detachement van 2 officieren en 75 man. Voor het garnizoens
bataljon van Sumatra's Oostkust werd de post te Tamian opgeheven,
alwaar één compagnie (sterk 4 officieren en 119 minderen) gelegerd was
en werd te gelijkertijd het garnizoen van Medan in dier voege versterkt,
dat daar eene mobiele colonne van 6 officieren en 200 man zal beschik
baar komen. Als nieuwe posten voor dit bataljon werden tevens aange
wezen Laboean-Deli, Seroewaij en Pangkalan Siatas, welke punten bezet
zullen worden, het eerste en het laatstgenoemde ieder door 1 officier en
30 minderen en Seroewaij door 2 officieren en 75 minderen.
Aanvulling van het korps officieren, in 1882 ontvielen aan het