- 96 rie en eene compagnie geuietroepen aan den oudsten majoor, den genie-majoor, toe. Te Penajoeng had de brigade Wiggers van Kercliem, lettende op een politieken last van den opperbevelhebber om de Maraksanen niet te hinderen, alléén op den rechter rivieroever positie genomen. De genie chef op verkenning gezonden om een bivak der brigade Schulze te zoeken, vestigde dadelijk de aandacht op het daardoor bestaande gevaar. Nog denzelfden avond was men verplicht ook den linker oever te bezetten; de luitenant-kolonel Pel ging toen over met het half 7e, en men was en règle. De aanvalswerken tegen den Kraton werden door den genie-chef geheel naar eigen inzicht ontworpen en de door hem aangewezen plaatsen voor de batterijen werden na eene vluchtige bezichtiging door den chef van den staf goedgekeurd. Alléén de kanonbatterij werd op advies van den artillerie- chef en in strijd met de meening van dien der genie, achter de loopgraaf aangelegd. Bij de inname van den missigit heeft men daarvan het nadeel ondervonden. Diezelfde genie-chef vestigde bij het inrichten der positie waarin kolonel Pel zou achterblijven, herhaaldelijk de aandacht op het onvolledige daarvan. Zijne voorspelling, dat men binnen drie maanden na het vertrek der troepen verplicht zou zijn om Oleh-leh en Kotta- radja-bedil te bezetten, is op al te treurige wijze bewaarheid geworden. Ook zjjne pogingeu om het terrein oost- en zuidwaarts van den kraton schoon gemaakt te krijgen, stuitten af op het andere inzicht van den chef van den staf der expeditie. Dit zijn genoeg aanhalingen uit mijne mémoires. Over die 2e Atjeh-expeditie schrijf ik later meer, zoodra ik den tijd heb. Zij kan eene uitstekende leerschool zijn voor onze jonge officieren, doch dan ook geheel naar waarheid geschetst, dit is de eisch. Het was thans eenvoudig mijn doel aan te toonendat de oud-kolonel Schafer niet goed deed, door spottenderwijze over de militaire kennis bij het wapen der genie, in het openbaar den staf te breken. Kwaadwilligen zullen na het lezen van mijn geschrift de opmerking

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 107