99 de leer niet omhelzen dat er maar één god is en dat die Van Swieten heet, brandmerkt en veroordeelt! Wat moeten onze minder ingewijde medeburgers denken, wanneer zij in ons eigen zuiver militair orgaan het stelsel van een lateren bestuurder in Atjeh hooren verdedigen en prijzen, een man bij wiens naam de lijken onzer als 't ware aan handen en voeten gebonden krijgsmakkers zich ginds in de met hun bloed, gedrenkte aarde omkeeren Wat zal de leek wel zeggen wanneer hij in ons midden als een uitmuntend stelsel hoort verdedigen, dat geregelde troepen met in den oorlog beproefde en met den inlander vertrouwde aanvoerders, onder de orders gesteld worden van soms pas gebakken Delftsche studenten met kapiteinsrang, zoo verschillend van de vroeger in en door de harde leerschool der praktijk gevormde vakmannen? Zal men niet daar ginds in Nederland, waar men den toestand niet van nabij kent, gaan onderstellen dat, nu zelfs in den boezem van het eigen leger zulke stemmen opgaan, de algemeene veroor deeling die het door den vorigen gouverneur van Atjeh gevolgde stelsel, waarlijk niet ten onrechte (zie de tegenwoordige officieele berichten) van de meest bevoegde zijde gevonden heeft, eigentlijk niets dan het geschreeuw eener achteruitgezette en in hare persoon lijke belangen gekrenkte praetorianenbende is geweest? Het is daarom dat wij protest aanteekenen! Protest, als zouden de door den heer H. A. A. N. geopperde denkbeelden de algemeene gevoelens van het Indische leger vertolkenHet is verre van daar Met ons zouden zeker tal van anderen gevonden worden, welke het stuk van den heer H. A. A. N.die immers zelf zegt dat de toestanden op Atjeh met geen andere te vergelijken zijn (waardoor hem dan ook met zooveel anderen de juiste maatstaf ontbreekt) wat het essentieele betreft, tot zijne werkelijke waarde kunnen reducee- ren, maarde zoo overbekende vruchtbaarheid van den daarbij zeer kundigen en belezen schrijver, die sedert jaren de vaan deldrager der Van Swietensche partij geweest is, zal wel een ieder met ons van deze onderneming afschrikken; den in het stuk vau H A. A. N. meer in 't bijzonder bestreden Patriot wellicht uitgezonderd. Voor het doel waarmede wij schreven achten wij, in afwachting

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 110