139
bataljon van het vreemdenlegioen. Elk dezer bataljons vertrok met
1000 man of 200 man per compagnie, maar moest 200 man afgeven
tot aanvulling van het 1" marsch-regiment.
Het 3e marsch-regiment werd getrokken uit de Fransche linie
regimenten en wel: 1 bat. van het 23e regiment te Besangon, 1
bataljon van het 111e te Antibes en 1 bat. van het 143e te Albi.
Deze bataljons waren de zoogenaamde vierde bataljons welke,
zoowel wat officieren als minderen betrof, geheel uit vrijwilligers
van alle linie-regimenten infanterie werden samengesteld en dus geene
wijziging brachten in het mobilisatieplan van het Fransche leger.
Tot opperbevelhebber van het gehecle expeditie-korps werd benoemd
de divisie-generaal Millot, wieu de lt. kol. Guerrier als chef van
den staf werd toegevoegd.
Het werd verdeeld in drie brigades, n. 1.
le brigade onder den gen. Négrier: het 2e en 3e marsch-regiment,
6 bat. a 4200 man.
2e brigade onder den gen. Biière de l'Islele marsch-regiment en
3 bataljons inarine-infanterie, eveneens 6 bat. a 4200 man.
3e brigade onder den kolonel Bichot, 3 bat. mariue-infanterie, 1 bat.
zeesoldaten, 1 bat. Annam. tirailleurs ter gezamenlijke sterkte
van 3600 man.
1 detachement cavalerie a 60 ruiters.
2 batterijen berg-artillerie van 80 mM. bediend door de landmacht.
7 r d verschillend kaliber bediend door de
zeemacht.
1 batterij revolver-kanons gemonteerd op veld-affuiten bediend door
de zeemacht.
verder detachementen voor den trein-, genie-, ambulance- en inten
dance-dienst.
Positiegeschut van 14 cM. van bet materiëel der marine.
12 kauonneerbooten voerende 28 stukken en 550 man bemanning'.
In het, geheel 16,000 man en 116 kanons.
Behalve deze krijgsmacht was er nog op het oorlogsterrein aanwezig:
het detachement van Thuan An en Hué,
het eskader uit de Chineesche zee, sterk 2 gepantserde schepen en 4
kruisers onder den contre-admiraal Lespès en
o