211 heeft, majoor Rubin het buskruit der lading samengeperst. Z[j bestaat uit een cylindervormige korrel, in het midden voorzien van een doorgaand kanaal. De aanvankelijke snelheid van het projectiel bedraagt 540 M., de maximum bestreken ruimte voor manshoogte 436 M. De percussiekracht van het projectiel is groot. Op 10 M. sloeg de kogel door een zinken plaat van 9 m. M. dikte, op 300 M. door een houten blok van 47 c. M. dikte. De spreidingen zijn ongeveer 1 3 kleiner dan bij het Zwitsersche ge weer Yetterli. De spoed der trekken is 30 c.M.zij zijn ondiep, 4 in aantal en even breed als de velden. De terugstoot is iets sterker dan bij het model-geweer, maar blijft toch zwak genoeg om den schutter niet te hinderen. De kosten van verandering van een Vetterli-rcpcteergeweer in een geweer stelsel Rubin zouden 31 fr. beloopen. Militair blad 1884 No. 5). Het nieuwe Engelsche infanteriegeweer Magee. In Engeland werden reeds sints geruimen tijd proeven genomen met een nieuw infanteriegeweer stelsel Magee. Dit geweer heelt een kaliber van 10.2 m. M., is 170 gram zwaarder dan het geweer Martini-Henry en heeft een uiterst vlakke baan. De aanvankelijke snelheid wordt thans op 523 M. opgegeven. Als bijzonderheden treft men bij dit geweer aan le. Een houten bekleeding van den loop, ter plaatse waar de linker hand het geweer bij het vuren vasthoudt, om bij de sterke verhitting van den loop bij snelvuur de handen niet te branden. 2°. De mogelijkheid bestaat om bij het vizier zijdelingsche correctie, in verband met de derivatie en windrichting, te geven. 3e. Voor de afstanden van 1000 tot 2000 yards kunnen eene zijde lingsche vizier-inrichting en een korrel door middel van veeren bevestigd worden. 4e. Voor elk geweer zijn twee sne.lladers, elk met 6 patronen, bestemd in den snellader is eene veer, die voortdurend de patronen vooruit tracht te schuiven. Door een druk met de hand op de veer kan de soldaat telkens een patroon in den bak doen vallen. Volgens den „Spectateur Militaire" van 1 Maart 1884 zijn de proeven

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 222