14 gen daartegen onze bedenkingen te berde, welke hierbij aan het oordeel der lezers worden onderworpen. Afgescheiden daarvan laat de geleverde proeve van bewerking, zoowel wat opvatting als wat duidelijkheid betreft wel iets, zoo niet veel, te wenschen over, waardoor wij tot de overtuiging zijn gekomen, dat de juistheid van het uitgesproken oordeel niet van overschatting is vrij te pleiten en onwillekeurig doet denken aan de in Indië zoo dikwijls opgemerkte neiging tot afbreken. Gaan wij thans na „hoe diep C.S1'. het ontleedmes in de opge spoorde wonde plekken gaat zetten." Om „den stier bij de hoorns te vatten" begint hij met te verklaren dat de „kapitein der infie." zich niet aan inconsequentie heeft schuldig- gemaakt, door in zijne beschouwingen over de onbruikbaarheid van het Yoorloopig Voorschrift het Nederlandsche Voorschrift een uit stekende leercursus te noemen, waarvan hij het bewijs levert door te zeggen: „Voor Nederland natuurlijk; c'est sous-attendu." Met die meening van den „kapitein der infanterie" stemmen wij volkomen in. Maar om die reden ook zien wij niet in, waarom zulk een uitstekende leercursus niet als grondslag mag worden ge nomen bij de samenstelling van zulk een voorschrift voor het Indisch leger, daar toch onze tactiek en ook de velddienst op Westersche wetenschap gegrond moet zijn. Door dat Nederlandsche Voorschrift als grondslag te nemen ver krijgt men een zuiver afgerond geheel, waarin de tactiek niet met de voorschriften op den velddienst worden vermengd. Zulk eene samenvoeging van onderwerpen zal aan het werk eene te groote uitgebreidheid geven, zonder dat daardoor het doel beter wordt bereikt. "VVij willen daarmede in het geheel niet beweren, dat een Indische tactiek niet noodzakelijk is. Integendeel wij wenschen een cursus voor de tactiek en een voorschrift voor den velddienst. De heer C.Sr. wenscht echter, zooals blijkt uit het slot van zijn Het door C.Sr. aangehaalde motief is kort, maar niet afdoende. Den zetter mag wel eene ernstige terechtwijzing worden gegeven, omdat hij door één (druk) fout, op den schrijver den schijn laadt van vreemde woorden te gebruikon welke hjj niet kent. vlttendre en entendre is niet hetzelfde.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 25