279
oefeningen in het garnizoen moeten gehouden worden om zoo vrucht
dragend mogelijk te zijn.
Wil men daaromtrent bepaalde voorschriften geven, dan moeten
deze o. i. vereenigd worden in een afzonderlijk boek, waarin, behalve
algemeen erkende wenken, tevens voorbeelden voorkomen en opdrach
ten worden gegeven op verschillende terreinen, zoowel voor de infan
terie en cavalerie afzonderlijk, als voor samengestelde troepen-afdee-
lingen. Door zulke bepalingen in het hierbij behandelde Voorschrift
op den velddienst op te nemen zal het werk te uitgebreid worden,
zonder dat het daardoor aanmerkelijk in waarde toeneemt voor de
toepassing in de werkelijkheid van den velddienst.
Eene algemeene aanduiding, zooals op bladz. 3 en 4 voorkomt,
achten wij voldoende.
26. Aan den zeer billijken wensch van den „k. d. i.", om voor
de onderofficieren en korporaals een velddienst-reglement te doen
samenstellen, dat slechts hunne verplichtingen voorschrijft, zal, naar
wij hopen, te goeder tijd worden voldaan. Het lag althans vroeger
in de bedoeling, doch daaraan kon destijds geen gevolg worden ge
geven, omdat het Voorloopig Voorschrift eerst moest worden beproefd.
Padang. H. C. A. R.
De Redactie wenscht hiermede het debat tusschen H. C. A. R.
en „een kapitein der infanterie gedetacheerd bij het Nederlandsche
leger" over het Voorloopig Voorschrift op den velddienst in dit Tijd
schrift te sluiten.
Red.
1884, Dl. II.
18