- 287 Hier in Indië is men het daarover vrij algemeen eens. Zij trekt den vijand aan om ons afbreuk te doen, in plaats van hem vrees in te boezemen. In bedwang houden doet zij hem niet. Het her halen van den veldtocht van 1879, welke leidde tot het veroveren van Indrapoeri, zou ons zeker niet de verliezen berokkenen, welke uit het bestaan dier lijn zijn voortgevloeid. Toch blijft de heer K. haar verdedigen. Ook uit hetgeen ik gezegd heb omtrent het koelie korps te Atjeh is, volgens den heer K., na te gaan dat ik niet op de hoogte ben van Atjehsche toestanden. ld ij ne vraag of het opkomen van 1200 koelies na de overstrooming van November 1880, niet veeleer een bewijs was, dat het koelie korps reeds vroeger kon ontbeerd worden, dan dat de ■pacificatie des lands vorderingen maaktebeantwoordt hij niet. Dat beteekent niets," zegt de heer N.; „uit mijn verhaal blijkt slechts dat het koelie korps reeds vroeger had kunnen ontbeerd wordenDat het koelie korps vroeger had kunnen worden ontbeerd, spreekt hij per tinent tegen. De Atjehers in 1879 en H begin van 1880 nog bijna geheel onwillig om bij ons te komen werken, kwamen tegen het einde des jaars in voldoenden getale op. In het Koloniaal "Verslag van 1879 lees ik: „Sedert het laatst „van 1878 zijn ook Atjehsche koelies begonnen zich aantebieden, „hun ijver wordt geroemd boven dien van vreemde arbeiders, en hun- „ne mededinging heeft reeds eene daling in de dagloonen te weeg „gebracht." Mag daaruit niet worden opgemaakt dat de aanbieding voor 1880 niet zoo onbeteekenend was, als de heer K. gelooft. Mij dunkt ja, want eene zeer geringe concurrentie zou moeielijk eene daling der dagloo nen hebben kunnen te weeg brengen. Dat het koelie korps niet reeds vroeger had kunnen ontbeerd worden, zijn overigens niet alle bevoegde personen met den heer K. eens. Iemand die er zeker niet minder van weet dan hij, meent dat het aanwerven van Atjeh koelies nooit eene ernstige zaak was, en dat men voor minder geld Chineezen had kunnen krijgen. Mijne vraag: „Is het noodig geweest, om later, toen bleek, dat er geen „sprake is geweest van werkelijke onderwerping, het koelie korps „weder op te richten blijft onbeantwoord.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 300