900
1700
1250
2175
1327
2088
a
3
12
21
25
18
17
299
inschieten der Artillerie te velde gehouden; in 1879 en 1880 geschiedde
dit op schijven voorstellende een infanterie-front en artillerie-fronten,
terwijl in 1881 gevuurd werd tegen verschillende doelen alsinfanterie
in linie, colonne of en tirailleur, in staande en knielende houding, ar
tillerie in batterij, gedekt en ongedekt, welke zoo nauwkeurig mogelijk
door stellen schijven aangeduid waren. Daar het vuren in eenige stellino-
in den regel gestaakt moest worden, zoodra de batterij-commandant reden
had zich als ingeschoten te beschouwen, is de uitwerking tegen de schijven
in deze jaren natuurlijk uiterst gering geweest en ook van ondergeschikt
belang.Aldus lezen wij op bl. 3 van het B. O.
Uit de tabellen in deze afdeeling voorkomende, welke de uitkomsten
der gedane proeven aangeven en de toelichtingen daarbij gegeven, blijkt
ten duidelijkste dat de trefkans der getrokken voorlaadkanonnen veel te
wenschen overlaat, zoodat de invoering van het achterlaadgeschut geene
luxe mag genoemd worden. Op welke wijze het inschieten plaats had,
is ons niet altijd even duidelijk; wij nemen daartoe uit de tabel voorko
mende op bl. 6 een paar voorbeelden
Schoten met springgranaten uit de getrokken br. kanons van 8 c. M. Veld.
Afstand van de Schijf
in PASSEN.
cö
pd
O
02
03
O
cö
CÖ O
03
pbd
03
rS
fee O
rP
03
d
03
O
Gedane schoten.
o
H
O
H
Het projectiel
is gesprongen.
de schijf.
Aanmerkingen.
c3
S3
cö
«C
O
O
(1) In deze ko
lom wordt vermeld
de afstand waarop
het eerste proefschot
is gedaan.
De vragen liggen hier voor de hand, hoe het mogelijk is, in het eerste
geval, dat bij eene misschatting van 427 passen met 3 proefschoten do
afstand bepaald is en of de batterij-commandant zich ingeschoten achtte
met 85,7 °/0 en 68 aanslagen vóór de schijf. Dergelijke vragen rezen
bij ons op bij het inzien der tabellen en schonken ons de overtuiging,