"V jPl. IR I _A_„
MILITAIRE RECHTSPRAAK.
Art. 199. C. W. Medeplichtigheid. Vrijspraak.
VONNIS, gewezen door den daartoe be
noemden krijgsraad te Willem I,
in zake
den Auditeur Militair R. O.
Contra.
S. algemeen stamboek Nooud., ja
ren, geboren telaatstelijk dienende
als fuselier bij de.. Compagnie van het
Bataljon infanterie, beschuldigd van
„medeplichtigheid aan diefstal".
DE KRIJGSRAAD,
Gezien de stukken der procedure
Gehoord den beklaagde
Gehoord den Auditeur Militair in zijnen schriftelijk overgelegden eisch
en conclusie strekkende dat de beklaagde S. boven nader omschreven, bij
vonnis van dezen krijgsraad, van alle rechtsvervolging zal worden ont
slagen, met bevel dat hij onmiddelijk op vrije voeten zal worden gesteld
ten ware hij om andere redenen in hechtenis behoort te verblijven, met
veroordeeling van den Lande in de kosten der procedure.
Overwegende dat blijkens klacht dd°. 14 Maart 1882 opgemaakt door
den kapitein N. de beklaagde die voor dezen krijgsraad te recht staat,
wordt beschuldigd: dat hij behulpzaam is geweest in het verkoopen van
twee vaten zinkwit die de werker 3e klasse B., belast zijnde als verwer
met de leiding der werkzaamheden in de bergplaats van geconfectionneerde
munitie, uit bedoeld magazijn heeft ontvreemd.
Overwegende, dat bij het naar aanleiding dier klacht gehouden ge
rechtelijk onderzoek de getuige, de le luitenant v. K., onder eede heeft
verklaard: dat hij op Maandag den 13 Maart 1882 in het genie maga-