383 uitspreekt: er is misdrijf en A. is de dader of A. is onschuldig. Haar uitspraak kan berusten op pertinente, concludente gegevens, getuigenverhoor en pleidooi gingen vooraf, en desniettemin wordt unanimiteit in conclusie vereischt. Concludente gegevens, ginder een College met zooveel voorzorgen verschaft, zal men ten onzent niet van een misdeeld voorloopig onderzoek mogen verwachten. Men begrijpe mij goed, ik maak verschil tusschenzelf be slissen zooals eene Jury die na gehoord en overwogen te hebben menschelijk gevoel laat oordeelen over rechten billijkheid „a Jury „has decided against youwell, their verdict is wrong, but still they „decided as they thought right, and it is against you", teekent Ch. Dickensen door het opzenden van een verslag, anderen tot beslissing te brengen. Ook bij getuigenverklaring geldt nog: te ton fait la musique. Maar wat zoeken wij bij anderen? Lezen wij art. 66 van ons eigen Regl. v. d. Strafvord, enz. v. N. I. „Zoodra de officier van „justitie voldoende aanwijzing heeft verkregen van een gepleegd „misdrijf, waartegen een der straffen, vermeld in art 5, l5te tot en „met 5de van het Wetboek v. Strafr. voor Europeanen, of, voor zoo- „veel Inlanders aangaat, in art. 5, lste tot en met 4de van het Wet- „boek v. Strafr. voor Inlanders, is bedreigd, en van den persoon, die „daaraan schuldig is, het zij na betrapping op heeter daad, hetzij „na het voorloopig onderzoek bij den vorigen titel (1) behandeld, „het zij eindelijk uit de ingewonnen processen-verbaal of andere be wijsmiddelen, is die ambtenaar verpligt zijn requisitoir, benevens de „stukken, ten spoedigste aan den raad van justitie aan te bieden en „naar den aard der zaak te verzoeken, dat tegen den beklaagde „worde verleend regtsingang met bevel van dagvaarding in persoon, „of van gevangenneming of, indien de beklaagde zich reeds voor loopig in hechtenis mogt bevinden, met bevel van gevangenhouding". Wat voldoende is mag de Off. v. Just, beoordeelen. Hij heeft (art. 48 voorn. Regl.) krachtige middelen ter beschikking en oordeelt naar eigen onderzoek; toch wordt de vermoedelijke dader in verze kerde bewaring gesteld. De conclusie blijft aan den Raad van Jus titie. Hoe dikwijls beslist deze tot formeele vrijspraak! Bewijst niet (1) Door Sehr. zelf aangehaald in Da capo.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 396