393 veel invloeden als zich in Indië doen gelden, tot veel mutatiën leiden moetmen mocht omgekeerd verwachten dat noodelooze ver plaatsingen zoo veel te meer zouden worden vermeden, naarmate de noodige reeds overtalrijk waren. Wij zijn evenwel te lang getuigen ge weest van onnoodige verplaatsingen, om niet met recht te kunnen zeg gen, dat manie om over te plaatsen meer dan overleg, nevenoverwe gingen meer dan hoofdredenen daarbij voorheerschten. Stonden offi cieren hoog in de ranglijst dan moesten zij veelal in een ander garni zoen of onder eenen anderen Chef [niet zelden de „afmakers" ge noemd] dienen, of zij moesten een commando voeren dat hunne ge schiktheid moest constateeren op 't oogenblik, dat men met de beoor deeling voor den hoogeren rang in het gereede moest zijn. Niet zelden waren engagementen, woeligheid in het maatschappe lijke leven, veel verteringen maken, soms zelfs handelingen die niet disciplinair te straffen waren, maar waarvan toch nota diende genomen te worden en andere bijredenen motieven voor eene overplaatsing. Wij zullen hierbij maar niet noemen wat nog al meer achter eene overplaatsing schuilde en achten het aangevoerde genoeg, om aan to toonen hoe de mutatiën het hoofd „militaire mouvementen", zoo dat op de begrooting bestaat, noodeloos met transport-en verblijfkosten bezwaarden en hoe men [en dit is vooral het groote nadeel] overal vacatures schiep, die gewoonlijk wel op papier aangevuld waren, maar die feitelijk soms weken en maanden onvervuld bleven, omdat de ti tularis dan nog reizende was. Zag men aan den eenen kant officieren die hunnen subalternen diensttijd, en soms langer, op Batavia of elders doorbrachten, aan den anderen kant kon men officieren aanwijzen die in één jaar 5, 6 tot 10 verplaatsingen ondergingen. Heeft dit alles voor goed opgehouden, dan is er in weinige jaren veel verbeterd. Is er, nu al die verkeerdheden hebben opgehouden, nog zulk een beduidend getal officieren reizende, als T. B. meent het geval te zijn, dan was Brutus zooveel te meer in zijn recht, toen hij op eene bekwame re serve aandrong. Het spreekt van zelf dat hij, evenals T.B, het aan vullen van vacatures, die om wettige redenen ontstaan, op het oog had en daaronder ressorteerenverloven binnen- en buitenslands, zoomede voor herstel van gezondheid, krijgsraden, pensionneeringen, ontslag enz. Dat geeft lokaal incompleet en aangezien de lichtingen,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 406