425
deze 30, aan gewonden 142 man, van welke de meesten tot de ruiterij
behoorden. Te laken valt het, dat do Engelsche gevechtsberiohten
spreken van „het zeer sterke en moeilijk te verzwakken vijandelijke vuur"
terwijl het verlies der Engelschen zeer gering is; dergelijke berichten
dragen er toe bij om de gevechtswaardo der troepen te verminderen.
„La petite guerre gate le militaire!"
De troepen keerden naar Trinkitat en Soeakim terug en begonnen toen
uit de laatste plaats den opmarsch tegen den linkervleugel van Osman
Digma's strijdkrachten. Het kwam tot een treffen bij Tamai.
De opmarsch der infanterie had brigadesgewijze plaats in twee échelons
(a 3 bataljons), welke 1000 M. van elkander verwijderd waren. Do ca
valerie was zelfstandig vooruitgezonden; hare patrouilles schijnen den op
marsch van den vijand tegen den linker vleugel der Engelschen niet be
speurd te hebben.
De beide échelons hadden de v olgende formatie
De beide voorste bataljons hadden elk oen half-bataljon gedeploicerd,
het andore half-bataljon op de buitenste vleugels in colonne; de rug werd
door een gedeploieerd bataljon gesloten. De stukken stonden op de vleugels.
Onder het voorwaarts rukken en bij het terugdringen van de vijan
delijke voortroepen werd de gesloten formatie beduidend verbroken, omdat
de manschappen, die zich in de voorste linie bevonden, met den looppas
vooruit liepen om spoedig bij den vijand te komen; daardoor ontstond er
op den linker vleugel tusschen het hoofd en de flank eene belangrijke
open ruimte. De „rebellen" maakten hiervan gebruik, wierpen zich op
den linker vleugel van het carré en raakten handgemeen met de Engelsche
infanteristen, die zij in lichaamssterkte en vlugheid verre overtroffen.
Een oogenblik vielen de kanonnen zelfs in 's vijands handentoch hadden
de bedieningsmanschappen nog gelegenheid, om het geschut onbruikbaar
te maken. Het carré verloor in dit gevecht geheel zijne formatieom de
officieren vormden zich enkele gevechtsgroepen, welke zonder verband het
gevecht voortzetten. Onder het vuur van het thans naderbij komende
tweede échelon, gelukte het der voorste brigade om zich op nieuw te
formeeren, waarbij zij zeer ondersteund werd door het oprukken dor
cavalerie. De strijd in de eerste linie had slechts korten tijd geduurd;
toch waren er ongeveer 70 man gevallen.
Het ongeluk aan de voorste échelons overkomen vindt zijn grond in de