494
te persen tot vaste tabletten of patronen, zonder dat dit in het min
ste aan zijne voedingswaarde afbreuk doet, heeft men tot resultaat
verkregen, dat in één kist van 80 centimeter zijde, minstens 470
kilo patent vleeschpoeder in den vorm van patronen kan worden
geborgen, eene waarde vertegenwoordigende van 2800 kilo versch
vleesch met of 2300 kilo vleesch zonder beenderen.
Een tweede voordeel is haar gering gewicht, dat reeds volgt uit het
voorgaande.
3000 gram versch vleesch wegen in den vorm van vleeschpoeder
slechts 500 gram.
Rekent men nu bij 500 gram vleeschpoeder nog 6°/0 of 180 gram vet,
welke nagenoeg zouden begrepen zijn in 3000 gram versch vleesch,
doch in de 500 gram Carne-Pura ontbreken, dan verhoudt zich het
gewicht van vleeschpoeder met toevoegiug van 6°/0 vet, tot dat
van versch rundvleesch, als 1 4.41.
Laat ons door een voorbeeld eens zien, van welken invleed de in
voering van Carne-Pura bij het Indische leger te velde zou wezen.
Een Europeesch soldaat ontvangt daar 370 gram en een Inlandsch
soldaat 250 gram vleesch met beenderen. Men zou dus voor eene
colonne bestaande uit 250 Europeanen en 250 Inlanders, die gedurende
2 dagen uitrukt aan versch vleesch moeten medevoeren, 310 kilo
vleesch, een gewicht, voor welks transport men minstens 10 koelie's
zou noodig hebben, ongeacht de reserve.
310 kilo vleesch komt in voedingswaarde overeen met 52 kilo
vleeschpoeder in patronen en ca. 19 kilo vet of boter, voor welks
transport men slechts 2 koelie's zou noodig hebben.
Ik geloof, dat uit dit eene voorbeeld voldoende blijkt, welk eene
belangrijke besparing aan koelie's kan verkregen worden door de in
voering van de Carne-Pura bij het leger te velde.
Zooals we reeds hiervoren mededeelden, kan men de patronen echter
ook verkrijgen, samengesteld uit vleeschpoeder, vet, en een van de
meelsoorten verkregen uit erwten, boonen, linzen, aardappelen of rijst.
Zulk een patroon wegende 242 gram, beslaat eene ruimte van 220
kub. centimeter.
De koelievrachfc berekend op 25 kilo daags en daarbij in aanmerking nemende,
dat den tweeden dag niet veel meer zal zijn te dragen.
