507 uitbreiding practisch uitvoerbaar is. Eu hierheen is dan ook het zwaartepunt van de zaak verplaatst. Van militaire zijde wordt die legeruitbreiding zeer goed mogelijk geacht en ook de belasting betalende patriot, die zelfs door zijne tegenstanders gewaardeerd wordt wegens zijne veelzijdige kennis, acht de vergrooting van de Indische armee als een zaak, welke niet alleeu te verwezenlijken is, maar ook op deugdelijke wijze te verwezenlijken. „Wij zouden", zegt hij, „belangrijke legeruitbreiding willen verkrij gen, niet door het in dienst treden van Inlanders nog gemakkelijker te maken, en daardoor het gehalte van ons leger te verminderen, maar in de eerste plaats door Europeanen, die, ondanks de voorstel lingen der Regeering, door verstandige maatregelen wel voldoende zijn aan te werven. En als men het maar ernstig wil, zijn ook Amboineezen, en zelfs Afrikanen, voor ons Indisch leger nog wel te verkrijgen." Onze Patriot staat hierin niet alleenhet April-nummer van de Gids van dit jaar bevat een belangrijk artikel van de hand van majoor Kielstra, waarin de uitbreiding van het Indisch leger eveneens als zeer wel uitvoerbaar wordt aangenomen, als de Regeering slechts wil. Wie dus thans iets in het belang van den Staat wil doen, vindt hier eene schoone gelegenheid. Want naar het schijnt is de Regeering in dit opzicht niet voldoende voorgelicht. Men verlieze toch vooral niet uit het oog dat de Minister van Koloniën geen generaal is, en daarom geholpen moet worden, daar waar het gewichtige krijgsweten- schappelijke vraagstukken betreft. Die hulp is van de lange rij bureaux, welke Z. E. van het leger scheidt, niet te verwachten. De bureaucratie, heeft overal gehad, en zal altijd behouden eene sterk conservatieve kleur, welke niet overeen te brengen is met elke verandering van radicalen aard. En radicaal moeten de hervormingen toch zijn, welke het Indisch leger tot een gewenschten toestand kunnen brengen; geen betere hulp voor den Minister dan de vrije pers. Daarom doet het ons genoegen in onzen Patriot een krijgskundige te zien, die vurig verlangt iets bij te dragen tot instandhouding van ons koloniaal bestaan, en die, met een wel versneden pen, onbewim peld voor den dag komt, en aan iedereen zegt, waar het op staat. Doch het vraagstuk van uitbreiding van de Indische legermacht is een

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 520