516
school dit aangeeft. Hierbij schijnt men volstrekt geene rekening
gehouden te hebben met de afstanden die de beide stukken moeten
doorloopen Het stuk aan de spil toch beweegt zich op een boog
waarvan de straal 3 passen bedraagt, terwijl het buitenste stuk
daarentegen een boog doorloopt waarvan de straal 22 -j- 3 25
passen bedraagt. Willen de stukken dus gelijk in de nieuwe strekking
komen, dan moet het binnenste stuk ruim achtmaal langzamer
stappen dan het buitenste, en dit is niet mogelijk zonder herhaal
delijk stil te staan.
Dezelfde opmerking zou men kunnen maken bij het van strekking
veranderen 35). Op dezelfde wijze als hierboven omschreven is,
zou men ook deze beweging kunnen uitvoeren.
Om de sectie te formeeren bezigt men de commdos.
1. Links rechtsformeert de sectie;
2. Mar scli.
Op het commandoMarschhoudt het voorste stuk halt. Het
achterste stuk behoudt zijnen gang en begeeft zich langs den
kortsten weg naar een punt, dat 22 passen rechts en ter hoogte van
het voorste stuk is gelegen.
Zoodra het achterste stuk daar aangekomen is, wordt de marsch
in bataille aangenomen.
Op deze wjjze doorloopt het achterste stuk een afstand van onge
veer 35 passen om de sectie te formeeren. Yolgens 44 moet echter
het voorste stuk zijnen gang behouden, en het achterste den verleng
den stap aannemen. Dit laatste stuk zal alsdan een terrein van
145 passen moeten doorloopen, alvorens de sectie is geformeerd.
De meeste sectie-commandanten laten niet zooveel terrein doorloopen,
doch schipperen deze beweging een weinig, door het voorste stuk zeer
langzaam te laten stappen en het achterste te laten draven. Dit is
echter in strijd met het reglement.
Bij de Batterij school le gedeelte, is het nog noodzakelijker om den
verlengden stap af te schaffen, daar men voor sommige bewegingen
(wèl te verstaan volgens het reglement) een exercitie-terrein noodig
heeft, zoo groot als men het bijna nergens vindt. Het groote terreiu
„de Bult" te Salatiga, waar met succes drie eskadrons manoeuvreeren,