592 Doch hieruit volgt daarom niet, dat men geene leering zou kunnen trekken uit die oorlogen, ten behoeve van een lateren oorlog. Want hoe uiteenloopend in oorzaak en gevolgen, in aanvoering en geluk, toch hebben alle oorlogen in het wezen van de zaak dit gemeen, dat zij zijn worstelingen van twee partijen; de werking van twee krachten tegen elkander in. Ongelijkslachtige grootheden zijn twee oorlogen dan ook nimmer en wij gelooven dat de weinig betalende ook wel zal toestemmen, dat hij minder juist was in de keus van zijne woorden, toen hij zeide, dat de oorlog in Algerië en die in Atjeh ongelijkslachtige grootheden zijn. Hij heeft vermoedelijk iets anders bedoeld. Hij heeft wellicht willen zeggen, dat die oorlogen veel verschillen, dat men voorzichtig moet zijn met het maken van gevolgtrekkingen en vergelijkingen. Doch deze voorzichtigheid is bij elke vergelijking van twee oorlogen noodig en is dus van zeer algemeenen aard. Nu moet nog worden uitgemaakt of de studie van den oorlog in Algerië, al dan niet vruchtdragend kan zijn voor de beoordeeling van onze Indische krijgsvoering. Ook hier weer is het noodig, dat wij ons aanvankelijk stellen op het standpunt van eene algemeene beschouwing. De oorlogen van deze eeuw, want deze hebben wij toch meer be paald op het oog, kunnen gevoeglijk worden verdeeld in drie categoriën. De eerste bevat de oorlogen, gevoerd tusschen beschaafde volken, welke eene goed georganiseerde krijgsmacht hebben, zooals bijv. de Fransch-Duitsche oorlog in 1870/71. Tot de tweede categorie behooren de oorlogen tusschen beschaafde en onbeschaafde volken, in welke slechts van eene zijde met eene regelmatige krijgsmacht wordt geageerd, zooals onze Indische oorlogen. De derde categorie betreft de oorlogen tusschen onbeschaafde volken, zonder geregelde troepen gevoerd. Het is de tweede categorie welke voor de Indische officieren het meest van belang is. Willen zij dus eene geschikte keus doen bij hunne krijgsgeschiedkundige studie, dan is het niet twijfelachtig, dat zij moeten zoeken in de hierboven aangegeven tweede klasse.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 603