594
van civiele iuterventie en van haren vertragenden invloed op den gang
van zaken. De geschiedenis van Algerië is daar om te doen zien,
dat de eerste tien jaren van den Atjeh-oorlog geen andere resultaten
konden geven dan zij gegeven hebben. Wij gaan een stap verderen
beweren, dat wanneer een twintig jaren geleden zoowel aan aspirant
ambtenaren als officieren college was gegeven over den Algerijnschen
oorlog, de rampen van den Atjeh-oorlog voorkomen zouden kunnen zijn.
Het getwist over agressie en beperking, heel't ook ter zake van den
Algerijnschen oorlog plaats gehad. Die oorlog heeft doen zien, dat
de beperkte occupatie ondoeltreffend en eene afwijking is van het denk
beeld: oorlog. Wij hadden ook in dit opzicht leering kunnen trekken
uit de geschiedenis van een oorlog, bij ons zoo weinig bekend, dat zelfs
de ouderen van dagen er geen recht begrip van hebben. De wiskunde
geeft hier geene redding, zij laat ons in den steek. Maar het is de
krijgsgeschiedenis, de bij ons zoo zeer verwaarloosde krijgsgeschie
denis, welke het richtsnoer van ons denken en haudeleu moest zijn.
Naar onze meening kan er niet genoeg op aangedrongen worden om
het opkomend officiersgeslacht bijtijds den weg te wijzen, in de
studie van de geschiedenis van den oorlog. Wij roepen daartoe
ieder op die stem, ieder die de gave van schrijven heeft. Wij
hadden gehoopt, dat wij hierin homogeen zouden zijn met den weinig
betalenden patriot, die, zooals uit al zijne geschriften blijkt, ondanks
eene te vroege pensionneering, eene warme belangstelling heeft gehou
den iu alles wat het leger betreft, waartoe hij eenmaal behoorde.
Maar wij zijn diep teleurgesteld door in hem een tegenstander te
vinden, iemand die de studie van den Algerijnschen oorlog afwijst.
Er zijn nog meer punten van overeenkomst tusschen de twee hier
bedoelde oorlogen.
Het zijn beiden overzeesche expedition.
Ze zijn beiden aangevangen, zonder voorafgaande studie van land
en volk.
In beide oorlogen vindt men de periode van afwachten, van stel
selloosheid, van onvoldoende zorg voor de eigen troepen; van eene
mislukte poging om oorlog te voeren op een goedkoopje; van onver-