599 te geven, dat de weinig betalendeover de legersterkte sprekende, zegt: „zij klom soms tot 100,000 man." Wij kunnen hem verzekeren, dat die sterkte in 1846 en 1847 nog hooger liep. Doch dit was noodig, omdat men de kracht der tegen partij aanvankelijk ongestoord had laten aanwassen. Zeer zeker is het tijdperk 1840 1850 het meest belangrijke uit een militair- politiek oogpunt beschouwd. De Arabische kracht werd gebroken. Maar nu vraagt de weinig betalendeWas daarmede het verzet geëindigdWel neen! In 1849 en 1850. Zaatscha en Laghouat waar zooveel menschenlevens verloren gingen De weinig ingeleide lezer zou nu licht denken, dat de Arabieren weer opgestaan waren. Maar dit was in werkelijkheid het geval niet. De oorlog trad eene nieuwe phase in en werd gericht tegen de Ber- beren in het noorden van de Sahara. Zaatscha en Laghouat hadden niets met Abd-el-Kader te maken. Ja maar: „In 1851 de expeditie in klein Ka.bylië." „In 1857, Bandon in groot Kabyliëzegt de weinig betalende. Alweer een ander volk. De Kabylen hebben met de Arabieren niets gemeen- „Ma,ar in 1871 barstte de opstand met nieutve woede uit." Zeer juist; wanneer wij onze Indische koloniën, evenals de Franschen toen de hunne, van troepen ontblooten, zou ook bij ons de opstand uitbreken. Daarin licht voor ons op nieuw eene waarschuwing niet te lang te wachten met de versterking van het Indisch leger, want het is niet onbekend, dat in het best onderworpen gedeelte van den Indischen archipel, namelijk Java, nog altijd onder het volk de wensch en het verlangen blijven voort leven, dat er toch eenmaal een tijd moge komen, waarin de gehate Hollanders zullen worden weggejaagd. Die wensch wordt vertolkt gevonden in de nieuwste Javasche ver zen en gezangen. Het was volstrekt geen gevolg van de wreede wijze, waarop de Franschen waren ,te werk gegaan, zooals de weinig betalende patriot zegt, alle oorlogen zijn wreed, maar eenvoudig het gevolg van nationalen en godsdiensthaat. Hét was de vice-admiraal De Gueydondie, op het voetspoor van Bugeaud handelende, den opstand snel onderdrukte. Het Fransche leger noemde De Gueydon gewoonlijkarniral Bugeaud.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 610