604
bij lien, die later diezelfde korpsen zullen moeten aanvoeren. Maar
dit alles zou immers gebrek aan vertrouwen, gebrek aan zelfstandig
heid, ja zwakte, verraden? Wij hopen dan ook voor die korps
commandanten dat het, slechts zoo moge schijnen, en dat de ware reden
issleur en de moeielijkheid om te breken met beginselen waarin
men is opgevoed.
De nadeelen aan eene dergelijke regeling verbonden zijn vele; wij
willen echter slechts wijzen op de twee voornaamste. Ten eerste
gebrelc aan belangstelling van de zijde der officieren. De kapiteins
en de luitenants, de natuurlijke onderwijzers en opvoeders hunner
onderhebbenden, hoe kunnen zij belangstellen in oefeningen met
manschappen van andere compagnieën, in oefeningen, welke niet ge
regeld zijn naar de werkelijk bestaande behoefte aan oefening, omdat
niemand zijne onderhebbenden in dit opzicht met juistheid leert kennen,
en de korpscommandant die de oefeningen wel regelt, doch ze niet in
alle details kan nagaan, zeker nog het minst van allenin oefeningen,
welke grootendeels niet strekken tot hunne vorming en opleiding voor
den hoogeren rang; in oefeningen, welke zij, daartoe aangewezen
wordende, naar hun beste vermogen houden en leiden, doch waarvoor
zij niet verantwoordelijk zijn. En dit is het door ons bedoelde tweede
voorname nadeel. Niemand draagt bij eene dergelijke regeling der
oefeningen, de verantwoordelijkheid voor de resultaten.
Afgescheiden van de aan die regeling verbonden nadeelen, blijkt
zjj ook in strijd te zijn met de bestaande bepalingen.
De kapiteins zijn aan den bataljons-commandant en d,e luitenants
aan hunne kapiteins verantwoordelij k voor het onderricht en de
vorderingen hunner onder hoor ig en. (Regl. op de exercitiën der In
fanterie van het N. O. I. Leger. Grondslag van het onderricht,
3e alinea.) Dit reglement omvat behalve de eigenlijke exercitiën het
schieten, de velddienst, het gebruik van het geweer als stootwapen,
enz. (compagnie-school, 3e afdeeling.)
Omtrent het schieten wordt verwezen naar het daartoe betrekkelijke
voorschrift (C. S. 114.) Aldaar lezen wijHet onderwijs in al ivat
de WAPENEN, schietoefeningen en HET schatten van afstanden
betreftheeft compagnies- en detacliementsgewijze plaats. Het wordt
bestuurd door de compagnies- en detachemenfs commandantendie er