649 minder streng te werk gaan en dan ook veel eerder verklaren, dat er twijfel bestaatof de lichamelijke ongeschiktheid van A en B niet in en door den dienst ontstaan is, (in Indië wordt die twijfel altijd ten nadeele van het individu uitgelegd), in het reeds hiervoreu door ons vermelde werk van den Heer Dislère lezen wij de navolgende, volmaakt op onze bewering toepasselijke woorden: mais si l'on peut, pour une bles sure, reconnaitre exactement dans quelles conditions elle s'est produite, il en est tout autrement des infirmitésil est parfois bien difficile d'en déterminer l'origine; dans toutes les affections phtisiques, par exemple, comment reconnaitre, si une imprudence en dehors du ser vice n'est pas la cause de la maladie On s'entoure autant que possible de certificats d'origine, constatant les circonstances, dans les- quelles l'infirmité a été, ou bien souvent, a pu être contractée (1) mais quand elle remonte a une date un peu ancienne, ces certificats ne peuvent plus avoir qu'une valeur très-contestable, et on est na- turellement conduit par la sympathie, qu'inspirent de bons serviteurs de l'Etat, a accorder des pensions pour des maladies, dont les exigen ces du service militaire ne sont pas toujours la cause. Cette indulgence se comprend facilement, elle est d'autant plus jus- tifiée quelorsqu'il y a un doutemême léger, la balance doit pencher du coté de Vinteresse" Zeer juist, zouden wij willen zeggen zoo doet men ook bij het Nederlandsche leger; is er eenige rechtmatige twijfel dan komt die twijfel ten goede van den militair. Bij het Indische leger, wij herhalen het, handelt men gemeenlijk juist omgekeerd en moet de geïnteresseerde als het ware juridisch kunnen bewijzen, dat zijne ziekte onmogelijk anders dan in en door den dienst kan ontstaan zijn, wil hij de bekende ongunstige clausule „niet ontstaan in en door den dienstuit zijn certificaat van afkeu ring weren. 1884, BI. II. 41 (1) Hoe moet men dit opnemen? Toch niet om een certificaat te vragen, als men op eenen marscli zwaar verkouden is geworden, dewijl die gevatte koude met „Ta- nabang" kan eindigen? Intusschen juist daarom te meer zouden wij van de zijde van den geneeskundigen dienst wat meer toegevendheid verwachteneene indulgentie, die gelooven wij, ook de Indische "Wetgever zelf gewild heeft.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 660