61
eischen moet stellen dan aan het meerendeel der troepenpaarden?
Natuurlijk buiten in den modder of in den stof evenals van de troe
penpaarden of in 't geheel niet door gebrek aan tijd, daar men niet
in de brandende zon of in den regen kan rijden op uren dat men
geen dienst heeft en welke juist met de warmste uren van den dag
samenvallen.
Hoe dikwijls ziet men zich dan ook genoodzaakt zijne paarden te
laten staan, hetgeen niet anders dan slecht kan zijn voor de africhting.
Zijne jonge paarden te laten berijden door minderen is verboden,
zoodat hier eene africhting volgens de regels nimmer kan plaats
hebben. Wat moet men dus van die africhting wel denken!
Dat er door deze oorzaken dan ook verscheidene ofïicierspaarden
mislukten, werden afgekeurd, en vervangen door anderen, alweer de
besten uit den troep, is een feit, waardoor dus de troep ontriefd en
het land benadeeld werd.
Wij hebben dikwijls maanden lang gezocht naar een droog plekje
om paarden te dresseeren, doch konden dat nergens vinden. Waar
moesten wij dus rijden? Op den grooten weg, bezaaid met steenen,
te midden van voetgangers, rijtuigen, grobaks, picolpaarden enz. Het
was dan ook geen africhten doch afrijden.
Het spreekt van zelf, dat een jong paard dan elk oogenblik wordt
afgeleid en geen attentie heeft voor de dressuur.
Dat dan ook om deze en meer andere redenen de ambitie in het
rijden en dresseeren niet groot is, ligt voor de hand, en niemand zal
deswege de cavalerie- officieren hard vallen.
Yoor den troep is het ongerief hetzelfde. Wij hebben het eens
bijgewoond dat er in geen drie dagen kon worden uitgerukt
wegens regen.
Het terrein de Bult wordt meermalen verboden, omdat het zoo
slecht is; in dezen westmoesson reeds tweemaal.
Men gaat dan naar het drie paal van Salatiga gelegen terrein,
Tingkir; veel te ver voor jonge paarden, vooral met het oog op de
wijze waarop men er naar toe marcheert en terugkeert.
Tijd voor eene goede les is er niet en de paarden profiteered niets,
doch worden alleen te moe gereden.
Werd er zoo even gesproken van officierspaarden, ook menig troe-