66 op geaccidenteerd terreinkan niemand worden geweten dan soms den ruiter zeiven, doch dat zij voorgekomen zijn en nog steeds kun nen gebeuren bij de africhting van recruren en paarden, alleen door het gemis eener gesloten manege, is zeer treurig, ja ongehoord. Hield men geregeld op het terrein „de Bult" de oefeningen die iederen dag bij de africhting moeten geschieden, corrigeerde men steeds de onwillige paarden op de wijze zooals ze het verdienen, dan zou er nog veel meer gebeuren. En werkelijk is het te verwonderen, dat er niet meer ongelukken voorkomen. Kon men eens nagaan welk nadeel het gouvernement reeds heeft ondervonden door ongelukken van allerlei aard en door het afkeuren van paarden, tengevolge van het gemis eener manege, ik geloof dat men tot een treurig resultaat zoude komen. Het financiëele verlies is nog het minste, doch hoeveel jonge, krachtige mannen zijn er niet de slachtoffers van geworden. De oorzaak wettigt zelfs niet het verlies van een enkelen. Het voltigeeren en het oefenen van sommige paarden aan de longe kan niet plaats hebben, omdat zooals hier ieder weet, men nergens een behoorlijk plekje heeft om een paard aan de longe te laten loopen. En toch komen er bij inspecties aanmerkingen, dat er niet gevoltigeerd wordt Door iederen dag naar het terrein „Tingkir" te marcheeren gaat, zoo als voor de hand ligt, veel tijd verloren, of liever gezegd, er wordt veel tijd verknoeid, waarvan, bij het bestaan eener manege, zeer veel partij zou kunnen getrokken worden. Alle oefeningen, bij het depot-eskadron, hebben plaats voor de recruten van 6 tot 8 uur 's morgens en voor de remonten tot 9 uur. In deze drie uren moeten zij dus plaats hebben, voor allen en alles te gelijk, terwijl men hiervoor bij het bestaan eener manege, den geheelen morgen tot 12 uur beschikbaar zou hebben, en men meer zoude kunnen profiteeren van den tijd, van de instructeurs en •ook van de recruten paarden. Elk paard zou dan door 2 recruten kunnen bereden worden, in plaats van zooals nu door één gedurende tweesoms, drie uur. Want er zijn van elk der twee veld-eskadrons dertig paarden ter

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1884 | | pagina 77