100 7. Zoodra de manschappen der 3e en 4e linie de prauwen en sam pans hebben verlaten, gaan de marine-officieren daarmede terug om het 26 gedeelte der te debarkeeren troepen af te halen en naar den wal te brengen. De le en 2e linie blijven gedurende dien tijd in stelling. De 3e en 4e linie van het hierboven bedoelde 2e gedeelte bestaan uit 3° linie. De 1° compagnie (4 officiereu en 134 minderen). 4e linie. Ben detachement genietroepen (1 officier, 40 minderen en 20 dwangarbeiders), de kookketels, één dag vivres en reserve-muni tie van de le en 3e compagnie, benevens de daarbij ingedeelde dwang arbeiders (zie Ordre de bataille. Ind. Mil. Tijdschrift 1884 Afl. 12) 8. Yoor het op te richten strandbivak zullen zoodra mogelijk aan wal gebracht worden: 4000 zandzakken, 20 M. Chineesche barak, asphaltvilt, brandzeilen, 100 kadjangmatten100 Singapore-planken, 20 kajoe kasso's (houten palissaden van kasso-hout), spijkers40 bossen rotan en het materieel voor het slaan van een norton-pomp. 9. De marine-seinbrigade (1) onder den luitenant ter zee 2e klasse Yan Yoss debarkeert eveneens den 6en. 10. Bij het debarkement wordt elk man voorzien van 70 patronen (50 in den patroonzak en 20 in de broekzakken) en van 5 zand zakken (2). 11De manschappendwangarbeiders en Chineesche roeiers ont vangen ieder een dubbel ration hard brood en een blik sardijntjes. De veldflesschen worden met koffie gevuld. Yóór het verlaten der schepen zal aan de troepen een warm maal worden verstrekt. 12. De le luitenant der administratie Knauff treedt op als kwar tiermeester van het strandbivak; hij debarkeert eveneens den 6en. 13. Het commando over de gelande troepen wordt opgedragen aan den luitenant-kolonel Perné, die, evenals de Chef van den Staf, met de 3e linie van het 2e gedeelte naar wal zal gaan. (1) De marine-seinbrigade diende voor de gemeenschap tusschen de schepen en de gedebarkeerde troepen. Voor den nacht waren de seinen vastgesteldvermeld in Bijlage 1 aan het slot van dit opstel. (2) Deze zandzakken waren bij het vertrek van Kota-Radja aan de infanterie uitgereikt, door de zorg der genie in eene rol gebonden, die aan een band over den schouder werd gedragen. In elke rol bevond zich een houten schoffeltje voor het vullen der zakken (lengte en dikte der rol 0,m35 en 0,^15).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 106