124 zooveel mogelijk universeele Wet op de bevordering in Nederlandschen militairen dienst nimmer sprake kon zijn, hetzij men bij de Marine, dan wel bij de Landmacht hier of in Nederland dient, is de voormelde aanspraak op bevordering, gedurende het lidmaatschap der Staten- Generaal, den zeeofficier slechts voor den tijd van vier jaren den officier der landmacht echter voor een onbepaalden tijd ver zekerd. Denzelfden termijn, van vier jaar, vinden wij trouwens herhaaldelijk in de Marine-wet terug, b. v. waar gesproken wordt van een terug keer uit krijgsgevangenschapeene plaatsing in eenige sedentaire betrekking of post aan den wal, om de aanspraak op bevordering niet te verliezen. Artikel 9 der Indische Regeling licht onvolledig toe, hoe de ouder dom in rang behoort berekend te worden. Om zulks nader aan te toonen, moeten wij het geheele artikel overnemen. „Bij de oorspronkelijke benoeming tot 2den luitenant wordt, bij „gelijke dagteekening van benoeming, de rangschikking bepaald door „den Koning, wanneer de benoeming in Nederland geschiedten door „den Gouverneur-Generaal, wanneer de benoeming in Nederlandsch- „Indië plaats heeft. „De ouderdom in rang voor de bevordering rekent van de dag rekening van het besluit der benoeming, met dien verstande, dat „voor de tot 2de luitenants bij de landmacht in Nederlandsch-Indië „benoemde kadets van de Koninklijke Militaire Akademie, die dag rekening geacht wordt dezelfde te zijn als die van het besluit, waarbij „de kadets voor de landmacht in Nederland, die gelijktijdig aan het „officiersexamen hebben voldaan, tot 2de luitenants benoemd zijn en „dat zij rang nemen boven de in Nederlandsch-Indië gelijktijdig be noemde 2dc luitenants van de wapens, waartoe zij behooren terwijl „deze rang nemen boven de 2de luitenants, die uit de korpsen der „landmacht in Nederland gelijktijdig tot dien rang bij het leger in „Nederlandsch-Indië zijn benoemd."enz. enz. Leest men aandachtig dit artikel na, dan valt in het oog, dat eene bepaling ontbreekt voor het geval in Nederland eene gelijktijdige benoeming van 2de luitenants plaats vindt èn voor het Indische- èn

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 130