7
den volgenden morgen vroegtijdig op nieuw te lauden.
De nacht, die nu volgde, was uit den aard der zaak, niet aan
genaam, althans voor het drie vierdedeel der troep, dat in de sloe
pen, als haringen gepakt, door myriaden muskieten belet werd in
te dommelen.
Het aanbreken van den morgen werd dan ook met een waar genot
begroet, nu de troep eens eindelijk, voor eenige dagen, geheel los
zoude geraken van Janmaat, benevens stoomschip en sloepen, waar
op de Indische soldaat, op den langen duur, zich niet altijd even
gemakkelijk schikt.
De bevelen voor het tweede debarkement waren als volgt
De le compagnie (kapitein Yink) trekt over hare geheele front
breedte, als eerste linie het baccohout door, de 3e compagnie (kapi
tein De Vogel) volgt in tweede linie in dezelfde formatie, op zooda-
nigen afstaud, dat de beide liniën niet door elkander geraken;
de 2e compagnie (le luitenant Hardeman) ontscheept het laatst
en neemt, in afwachting van nadere bevelen, op den rechter oever der
Birum-rivier, ter plaatse waar het debarkement geschiedt, positie.
De 2e compagnie draagt zorg, dat mede zoo spoedig doenlijk de
dwangarbeiders ontschepen met hunne vrachten vivres, ammunitie,
keukengereedschap, beuevens de 2 coehoornmortieren en het am
bulance-materieel. De mineurs staan onder de bevelen Tan den
commandant der voorste linie, die, nadat zijne compagnie door het
baccohout heen is, in de gewone marschformatie, de voorhoede
zal uitmaken.
Voorts werd, tot het bewaren van het noodige verhand, alsnog
bepaald, dat de commandant der voorste linie achter het midden zijner
compagnie zoude marcheeren en de soldaten de voeling zooveel
mogelijk naar het midden zouden houden èn dat achter dien com
pagnies-commandant op ongeveer 25 passen afstand, de majoor Meijer
zoude volgen als guide, als het ware, voor den kapitein, wiens com
pagnie de tweede linie behoorde uit te maken.
De mineurs werden vervolgens nader ingedeeld en bestemd, om
De kapitein Kielgast bleef wegens ongesteldheid op de Boni achter, gedurende
den ganschen tocht; na den 12den Mei, ook de le luitenant De Jonker.