152
hieronder de vrijheid zal nemen er evenals uit „L'Algérie", par
Maurice Wahl, professeur agrégé d'histoire au lycée d'Alger, Paris
1882, een werk in Pransche maandwerken zeer gunstig beoordeeld,
eenige malen uit te putten.
Het boek van den graaf d' Ideville heeft volgens X. eene kleur,
klaarblijkelijk om iets te doen in het belang der Orleansen. Hij
had er bij kunnen voegen, dat het volgens de „Revue des deux
mondes van 1 September 1882", de kenteekenèn draagt van one
venredigheid en overdrijving in de loftuitingen."
Dat de Orleansen er veel belang bij hebben om den naam van
Bugeaud te verheerlijken, laat zich begrijpen. Immers was hij het,
die zich liet vinden tot het bekleeden van het Gouverneurschap van
Blaye tijdens de gevangenschap van de Hertogin van Berry in 1832,
en moet hij niet verzuimd hebben, de schande eener prinses uit het
huis der Bourbons, welk laatste de familie Orleans zeer in den weg
stond, in den stijl van eene dagorder bekend te maken. (Ij Wel
heeft de maarschalk later gezegd, en d' Ideville verzuimt niet het
mede te deelen, dat de betrekking van gevangenbewaarder weinig
strookte met zijn karakter of zijne wenschen, maar dat hij moest
gehoorzamen, omdat soldaten niet gewoon zijn naar hunne inzichten
of lusten te handelen, maar te gaan waarheen hun gelast wordt,
maar daardoor wordt niet weggecijferd dat hij zich, de diensten als
gevangenbewaarder bewezen, eerst door een extra-tractement, en
later door eene gratificatie van 40.000 francs liet beloonen. (2)
Ernstiger is echter hetgeen voorkomt op bladz. 33 van het hier-
voren genoemde werk van Mercïer. Daar toch leest men, in verband
met het zoo veel besprokene, door Bugeaud op den 30sten Mei 1837
met Abd-el-Kader geslotene tractaat van de Tafna, (3) waardoor
Abd-el-Rader inderdaad den rang van een sultan verkreeg, en Fran-
(1) „Onze tijd." 1849, bladz. 218. De St. Arnaud was hem behulpzaam.
(2) „La nouvelle revue" van 1 Mei 1883, bladz. 73,
(3) Bugeaud kwam met een vrij onbepaald aangegeven, maar werkelijk van den
Gpuverneur-Generaal, den generaal Damremont, onafhankelijk gezag in Algérië. Hij
zou met den Emir een oorlog tot het uiterste voeren, of een behoorlijken vrede
sluiten. Hij begon met de Arabieren te bedreigen met een verdelgingsoorlog, maar
eindigde weldra met gezegd tractaat. Zie ook Maurice Wahl „L'Algérie" pag. 121.