218
ten geene definitieve vaststelling der voorschriften is gevolgd, doch dat
zij nog steeds voorloopig zijn. Bij de tweede dier aanschrijvingen
werd op nieuw een gedeelte der voorschriften buiten werking gesteld;
nu met opdracht om tegen den len Juni 18S5 op nieuw en afge
scheiden van de vroeger daaromtrent uitgebrachte rapporten, omtrent
de werking der voorschriften op de kader-en korpsscholen omstandig
te rapporteeren en tevens omtrent het al dan niet wenschehjke of
noodzakelijke der bestendiging van de sedert daarin gebrachte wij
zigingen.
Het alsnu aangegeven tijdstip voor het uitbrengen van een om
standig rapport komt ons beter gekozen voor dan het eerste. De
kaderscholen zullen dan ruim 21/^ jaar in werking zijn. Een oor
deel over de werking gedurende dat tijdvak der voorschriften, zoo
als zij in 1882 bij de oprichting der kaderscholen werden gegeven
behoort echter tot de onmogelijkheden, ten gevolge der meergenoemde
aanschrijvingen, welker uitvaardiging in de eerste plaats daarom te
betreuren is, afgescheiden nog van de voorbarige en minder gewenschte
wijzigingen daarbij ingevoerd.
De toekomstige rapporteurs zullen nu rekening hebben te houden
met drie verschillende voorschriften, als: het oorspronkelijke voor
schrift, het gewijzigde voorschrift en het nogmaals gewijzigde voorschrift.
Geen gemakkelijke taak. Wij hopen dat in hunne adviezen zooveel
overeenstemming moge gevonden worden, dat het voor het legerbe
stuur niet langer twijfelachtig zij, op welke wijze deze zoo belang
rijke aangelegenheid definitief geregeld behoort te worden.
Door de Redactie daartoe uitgenoodigd, willen ook wij in de
volgende bladzijden onze meening over de werking der kaderscholen
mededeelen. Wij zullen daarbij met vrijmoedigheid wijzen op de,
volgens onze meening, dezer inrichtingen aanklevende gebrekendoch
ook het vele goede doen uitkomen. Wij willen in het bijzonder de
aandacht vestigen op de overdrijving in de verwachtingen omtrent
de kaderscholen, maar voornamelijk waarschuwen tegen het afbreken
dier scholen, waartoe het legerbestuur door de laatstingevoerde wij
ziging het voorbeeld gaf en hetwelk onvermijdelijk moet leiden tot
een terugkeeren tot oude en verouderde toestanden
