- 236 lichten, zou ons echter te ver van ons onderwerp afvoeren. (1) De tegenwoordige korpsscholen werken ook nadeelig, omdat zij het terugkeeren tot verouderde beginselen mogelijk hebben gemaakt, trouwens met verkrachting van het Koninklijk Besluit dd. 28 Januari 1882 n°. 15. In art. 6 van dat besluit wordt de werkkring der korps- scholen omschreven, en is daarbij geen sprake van opleiding van onderofficieren en korporaals. Verder nog, doordien bij enkele korpsen de opvatting bestaat, dat zij, die tot het admissie-examen voor de kaderschool wenschen te worden toegelaten, eerst de korpsschool moeten bijwonen. Vele fuseliers, die voldoende ontwikkeld zijn, doch een tegenzin hebben in het bijwonen dier scholen, zelfs voor den korten tijd van driemaan den, melden zich niet aan als aspirant voor de kaderschool; ja er zijn fuseliers, die liever fuselier blijven dan den graad van korporaal bekleeden, omdat zij, eenmaal gegradueerd, de school en de theorie moeten bijwonen. Dagelijks hebben zij het afschrikwekkend voorbeeld voor oogen; korporaals die niet in dienst zijn, moeten op uren dat een soldaat niets te doen heeft, en deze dus vrij over dien tijd kan beschikken, naar school. Bij de behandeling van het bovenstaande, hetwelk wij vermeenden de hoofdgebreken te moeten noemen, hadden wij hoofdzakelijk het oog op het Europeesch kader gevestigd. Wij willen nu nog eenige oogenblikken onze aandacht wijden aan het Inlandsch kader en zullen daarbij gelegenheid hebben tot bespreking van de eerste der twee in den aanhef van dit opstel bedoelde aanschrijvingen. Het Inlandsch kader hebben wij dikwerf hooren noemen en zien beschouwen als een noodzakelijk kwaad. Zonder zelfs zoover te gaan, zal echter een ieder moeten toestemmen, dat de toestand van dat kader zeer treurig was. Doch aan wien de schuld? Nergens toch was er eenige sprake van opleiding van dit kader. De A. O. 1868 no. 5 sprak er niet over; aan welke eischen de aspiranten voor de verschillende graden moesten voldoen was daar bij niet bepaald. (1) Wij hopen er later op terug te komen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 242