der provincie Constantine vertoond hadden, zich spoedig verder uit
breidde.
Detachementen werden afgemaakt of genoodzaakt terug te trekken.
In de provincie Oran kwamen in de maand Mei de Fiittas in de
onderafdeeling Mostaganam [kustplaats 86 Iv. M. O. van Oran] in
verzet. De beweging ontstaan in het zuiden, plantte zich weldra
voort tot om Tiarettot in de vlakte van de Mina, in de Teiltot
Zamora, 163 K. M. van Oran; tot Relizane aan de Mina, 54K. M.
ten Z. O. der kustplaats Mostaganam. Alleen de komst der verster
kingen uit Frankrijk van waar regimenten op regimenten kwamen
aanzetten, was in staat den voortgang der beweging te stuiten, maar
toen maakten de stammen van het Dhara en van het Ouarensenis
gebergte, onder welke Bugeaud en zijne onderbevelhebbers zoo dik
wijls en zoo deerlijk hadden huisgehouden, aanstalten om zich bij
den opstand aan te sluiten. Zeven generaals en een daaraan geëven-
redigd aantal troepen waren in het laatst van Juni bezig met het
fnuiken van 't verzet. In het begin van Juli was dit in zoo ver
gelukt, dat Si-Mohammad zich Daar het zuiden had terug getrokken,
en de gemeenschap tusschen Mostaganam en Tiaret was hersteld,
terwijl de Fiittas zich hadden onderworpen. Maar in September
komt Si-Lala, de oom van Si-Sleman, weder opzetten en brengt den
gen. Jolivet te El-Beïda, [provincie Oran] een, zoo als Alfred Duquet
zegt, voor Algérië verschrikkelijk verlies toe van 82 dooden en 27
gekwetsten. In October strijdt de generaal Jusuf met den generaal
Liébert in de provincie Algiers in de onderafdeeling Aumale; in
November moest Laghouat worden geproviandeerd door den kolonel
La Croix. Si-Lala had zich bij het einde van 't jaar niet onder
worpen, evenmin als hij dat deed, toen zijn broeder Si-Mohammad
den 4 Februari 1865, bij Garet-Sidi door Sidi-el-Hadj-Caddour, de
tegenstander der Franschen in 1871, werd gedood. In 1866 werd
gevochten bij Géryville, en overrompelde eene colonne uit Laghouat
den vijand. In 1867 werden bondgenooten der Franschen overvallen
en beroofd. In 1868 moesten al weder goums der Franschen tegen
Si-Lala ten strijde trekken; in het begin van 1869, stonden 4000
opstandelingen om Taguin, bekend door het nemen der Srnala van
Abd-el-Kader, door den hertog van Aumale, en eerst in 1870 gelukte