302
Maar zelfs wanneer liet juist was, zoude hij zich beter hebben
uitgedrukt, wanneer hij gezegd had: in den Atjeh-oorlog hebben
wij den vijand nooit een aanvoerder bezorgd, zooals de Franschen
dat den hunnen deden, toen zij zorgden dat Abd-el-Kader den titel
kreeg van Ernir-el-Moumemin (Prins der geloovigen), een titel waarop
hij, al was hij ook de zoon van El-Hadj-Mohi-Ed-Dine, een vermaard
marabout uit den omtrek van Maskara, en al was liet hem ook gelukt,
eenig volk van zijn en andere stammen niet zonder vrucht tegen de
Franschen aan te voeren, toch geen aanspraak bad. Dit geschiedde dooi
den generaal Desmichels, die niet begreep, dat de jeugdige tegen
stander op zich zelf stond en oudere en machtiger Arabische hoofden
meer gewicht in de schaal legden, doordat genoemde generaal met
den Emir onderhandelde en op den 26 Februari 1834 eeue over
eenkomst sloot, waarbij hij hem, behalve genoemden titel, het mono
polie afstond van den handel der Arabieren met de Europeanen, die
niet anders zoude mogen geschieden dau door tusschenkomst van
des Emir's agent in de door de Franschen bezette plaats Arzeu, en
liet recht om wapens, buskruit, zwavel enz. te koopen en te verkoo-
pen. Juist dit in de hoogte steken van iemand, die toen nog slechts
eenige stammen onder zijne bevelen had, gaf aanleiding tot diens later
slagen. Maar voldoende zoude het niet geweest zijn, wanneer de
Franschen slechts gebruik hadden weten te maken van de vijand
schap die de zoon des marabouts zich van alle kanten had op den
hals gehaald, zoodat tegenover hem stonden: aan den beneden Chelif
de marabout Si-el-Arabi, in het zuiden de Ouled-Sidi-Cheick; in
het westen El-Grhomari, Cheick van de Angads, en in het Noor
den Mustapha- ben-Ismaël, aan het hoofd der Douairs, Turken, en
Koulouglis. Zij deden dit echter niet, maar in stede van dien,
werd de Emir, toen al die vijanden op hem loerden, en Mustapha-
ben- Ismaël op den 12en April 1834 de Beni-Amer, die door Abd-
el-Kader in persoon werden aangevoerd, had verslagen, door den
generaal Desmichels ondersteund, niet alleen met wapens en munitie
maar ook door eene militaire vertooning tegen de Douairs en de
Smélas, en den raad om een geregeld bataljon op te richten dat de
kern werd der geregelde troepen, die de Emir later tegen de Fran
schen in 't veld bracht. Juist daardoor werd Abd-el- Kader gered.