381
Vooreerst is het een vereischte, dat alle geremonteerde paarden, evenals
de rekruten, bij één depot komen. Bij de cavalerie is dat vrij goed ge
regeld; daar komen alle aangekochte paarden, behalve die te Batavia
worden geremonteerd, bij het depot-eskadron te Salatiga. Zouden er ook
grondige redenen zijn, waarom de jonge paarden, te Batavia aangekocht,
niet worden opgezonden naar het depot? Ben veld-eskadron is niet
bestemd om paarden af te richten, daarvoor heeft men een depot.
Waarom geen depot-batterij bij de artillerie opgericht, b. v. te Banjoe-
Biroe, waarheen alle jonge paarden getransporteerd worden, om daar
verder met de meeste zorg hunne africhting te ondergaan.
Zooals het nu marcheert is eigenlijk geene enkeje batterij der artillerie
bespannen door vertrouwbare, deugdzame en goed afgerichte paarden, dat in
omstandigheden wanneer de artillerie zou moeten ageeren, tot moeilijkheden
zou kunnen aanleiding geven. Verbeelden wij ons, dat in sommige bange
en gevaarvolle oogenblikken op Atjeh, waar de 48 berg-batterij dikwijls ruim
haar aandeel in gevechten gehad heeft, (1) deze met jonge, half afgerichte
paarden bespannen was geweest, of dat de artillerie-trein zijne zware en ge
vaarlijke transportdiensten zou hebben moeten doen met zulke paarden, de
gevolgen zouden meer dan eens treurig kunnen geweest zijn.
Het antwoord is wellicht al gereed, n. 1. dat er voor gezorgd wordt, dat er
te Atjeh steeds afgerichte paarden zijn, perfect maar breken er eens
onlusten op Java uit, wat zal men dan hebben aan de batterijen, bespannen
met jonge en onvoldoend afgerichte paarden? Niet bijzonder veel; en
daarom is het treurig, dat een wapen als de artillerie een depot-batterij
moet missen.
Waarom worden het half eskadron en de 48 bergbatterij en te Atjeh
geregeld gesuppleerd? Ingevolge de bestaande bepaling, en, die conse
quent toegepast, mag dat niet; want tegenwoordig komt in de meeste
garnizoenen, behalve Soerabaja, kwade droes voor.
De volgende bepalingen zouden tot beteugeling van den kwaden droes
misschien gunstig werken:
1. dat, wanneer bij het depot-eskadron of de batterij, de kwade droes
epidemisch heerscht, geene paarden naar de overige eskadrons of batterijen
zullen overgeplaatst worden, tot tijd en wijle de ziekte geweken is.
2. dat, wanneer bij een veld-eskadron of eene veld- of bergbatterij in eenig
garnizoen de kwade droes epidemisch heerscht, die eskadrons en batterijen,
tot tijd en wijle de ziekte geweken is, niet gesuppleerd zullen worden.
(2) 1883 en 1884.
1885, Dl. I.
25