32 over den gewonen voorraad van 300 patronen per geweerdragend man. Het is echter gebleken dat die voorraad op den duur te groot is. Herhaalde klachten over het gehalte der patronen hebben na melijk aanleiding gegeven tot een zeer nauwkeurig onderzoek naar de deugdzaamheid der opgelegde munitiewaardoor aan het licht trad dat een groot aantal scherpe patronen, waarschijnlijk voor een goed deel ten gevolge van minder zorgvuldige behandeling bij het vullen van de hulzenminder bruikbaar waren geworden. Derhalve werden bevelen gegeven om het toezicht bij dien arbeid te verscher pen. Ofschoon de adviseerende autoriteiten de overtuiging uitspra ken dat de aldus verlangde voorzorgen bij het aanmaken van de munitie hare duurzaamheid zeer zouden verhoogen, is nochtans al verder bepaald dat de reserve-voorraad van 31 millioen, die voor de helft afgewerkt en voor het overige in bestanddeelen moest zijn opgelegd, tot 19 millioen zal worden teruggebracht, eveneens voor de helft afgewerkt. Worden dan steeds de oudste patronen het eerst verbruikt, dan zal men zich vermoedelijk in den regel bedienen van patronen die niet langer dan drie jaar zijn opgelegdeen termijn zoo schrijft de legercommandant in een rapport van 14Meijl.„die alle waarborgen geeft om de patronen, ook onder minder gunstige omstandigheden, in volkomen bekwamen staat te houden." De pa- troonfabriek te Soerabaija levert ruimschoots gelegenheid op om den thans nieuw voorgeschreven oorlogsvoorraad voltallig te houden. In 1883 zijn de blijkens het vorig verslag uit het moederland ver wacht wordende cavalerie-karabijnen meerendeels in Indië ontvangen. Het in Duitschland bestelde kiezelkruit (zie vorig verslag blz. 29) is in November 1883 in Indië aangebracht. Ofschoon dat kruit zeer goed voldaan heeft, bleef men toch het bezwaar ondervinden dat de bergaffuiten van Krupp bij het schieten niet stabiel genoeg waren. Men heeft daarom in Indië den staart dier affuiten verlengd, en tevens (omdat ze nu te zwaar werden voor vervoer in haar geheel) de constructie in dier voege gewijzigd, dat zij uiteen genomen en in deelen vervoerd kunnen worden. Als de rijen draagproeven, die nu nog met de gewijzigde affuiten genomen worden, eene bevredigende uitkomst opleveren, zal tot de aanneming van het nieuwe berggeschut besloten kunnen worden. Hierop wacht tevens de bestelling van de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 38