389
overlijden van den man, en f 300 bij dat van de vrouw of weduwe
b. dat ieder officier-deelgenootzoolang hij in actieven militairen
dienst is, naar den volgenden maatstaf betaalt:
bij toetreding beneden de 25 jaar0.60
van 25—30 0.80
30 45 1.
35-40 1.20,
terwijl de contributie van officiersvrouwen en weduwen, zoo in Indië
als in Nederland, slechts de helft dezer sommen bedraagt;
c. dat ieder officier-deelgenoot, zoodra hij buiten actieven Indischen
militairen dienst geraakt, (alzoo: gepensionneerdengedetacheerden
in Nederland, verlofgangers in Europa en non-actieve officieren) slechts
de helft der sub. b. bepaalde contributiën verschuldigd is;
cl. dat eene toetreding als lid (officier, officiers-echtgenoote en
weduwe) na de intrede van het een en veertigste levensjaar niet wordt
toegelaten en bij de aanneming als lid van allen, zonder onderscheid,
bij wijze van entreegelden worden betaald:
beneden de 25 jaarf 5,
van 25—30 7,50
30-35 io,—
D 35-40 15,-;
(het laatste bedrag van f 15,wordt wat hoog genomen, omdat het
dezulken treft, die eerst ter elfder ure zich als deelgenoot komen
aanmelden).
e. dat er in Indië zal zijn en wel te Batavia of Meester-Cornelis,
eene uit drie leden bestaande Commissie van Toezicht (met plaats
vervangende leden), benevens twee Directeuren (President en Secretaris)
en een eersten Adjunct-Penningmeester, terwijl in Nederland, bij
voorkeur te s Huge, mede een paar Directeuren (en Commissie van
Toezicht?) met een tweeden Adjunct-Penningmeester zullen fungeeren
dat alleen de Adjunct-Penningmeesters worden gesalarieerd, de
eerste met hoogstens f 100,— de tweede met f 25,— 's maauds,
met. dien verstandedat daartoe ieder officier, officiers-echtgenoote en
weduwe in geen geval per hoofd meer dan f 1.50 'sjaars bijdraagt.
<j. dat boven en behalve de sub. letter f. genoemde sommen, alle