-\r Nogmaals de Souspieds van den Indischen Infanterie Officier. Met verwijzing naar mijn opstel in N°. 1 van 1882 van liet Indisch Militair Tijdschrift, neem ik de vrijheid nogmaals de toevlucht te nemen tot dit orgaan, oin andermaal de aandacht te vestigen op bovenbedoeld onderwerp. In bovengenoemde aflevering sprak ik over den last der souspieds in het algemeen en over het mal figuur, dat de exerceerende, tirailleerende, kortom marcheerende Infanterie officier dikwijls maakt tegenover den minderen militair. Met opzet zeg ik, marcheerende Infanterie officier, omdat deze, helaas! zoovele collega's telt, die sedert jaren, ja, nimmer gemarcheerd hebben, maar steeds achter een lessenaar of te paard hebben gezeten en dus niet kunnen beoordeelen, welke groote last door de souspieds veroorzaakt wordt. En juist zijn het, over het algemeen, niet mar cheerende officieren, hetzij van de infanterie, van de administratie of andere wapens en diensten, die het meeste gewicht in de schaal leggen in de vaststelling van onzen uniform. Indien nu aan marcheerende Infanterie officieren de opinie omtrent dit onderwerp gevraagd wordt, ben ik overtuigd dat er velen gevonden worden die zullen beweren, dat het niet zoo erg en mijn geschrijf overdreven is. Waaraan is dit antwoord toe te schrijven? Alleen hieraan, dat zich in ons Leger vele Chefs bevinden, die begrijpen dat het niet aangaat, de lasten van den officier onnoodig te verzwaren. Wel is eene stipte opvolging der gegeven bevelen de basis der krijgs tucht, maar dan moeten die bevelen ook uitvoerbaar zijn en dit is met de bepalingen omtrent onze tenue, zooals die voorgeschreven zijn in A. O. N°. 57 van 1868 zeer moeielijk, want welk officier, vraag ik, gaat stipt naar het aangegeven model gekleed, b. v. hoogte van boordjes, bevestiging der souspieds, voering der kwartiermuts enz. enz. De officieren dus, die in bovenbedoelden zin antwoorden, hebben er zelf den last niet van ondervonden omdat zij steeds dienden onder chefs als hierboven aangeduid, en welke laatsten dus, uit een menschkundig

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 405