426 binnen Toba (in zijne eigene kampong Bakara aan het Toba-meer) te komen vestigen. Toen de oorlog met Atjeh was uitgebroken, gaf een van daar ontvangen schrijven hem aanleiding om met de zendelingen de vraag te bespreken of hij zich als bemiddelaar zou kunnen aanbieden. Op hun aanraden zag bij van dien stap af. Na zijn dood betwistten zijne beide zonen elkander de opvolging in de door hem bekleede waardigheid en voor ieder van hen vormde zich eene partij in Toba. Twee jaren lang bleven de gemoederen verdeeld en toen het pleit beslecht was ten gunste van den jongsten zoon, was het ontzag dat de bevolking vroeger voor haar priesterhoofd koester de, zeer verminderd. De persoonlijkheid van den 18-jarigen Singa Man garadja was niet geschikt om het verloren aanzien weder te herstellen en zijne aanhangers trachtten hem tot daden te drijven, die hem in de oogen van het volk zouden kunnen verheffen, en in 1878 aanleiding- gaven tot de bovengenoemden expeditie, welker doel als bereikt kon worden beschouwd, toen Singa Mangaradja en zijn hardnekkigste medestander Radja Deang, hoofd van Lagoe Boti, door onze troepen in hun eigen gebied aangetast en getuchtigd waren. Sedert '1879 was aan zendelingen van het Rijnsche zendelingge nootschap vergunning verleend zich in de Tobalanden te vestigen. De mededeeling van bovenstaande bijzonderheden mogen tot in leiding strekken van de thans volgende gebeurtenissen, bij welker beschrijving de journalen en het rapport van den expeditie-comman dant in het belang eener juiste voorstelling op den voet gevolgd zijn. Hoewel de inlijving der landschappen, genoemd in het Gouvernements besluit van 16 Januari 1883 No. 21, in Februari van dat jaar on gestoord afliep, waren er, toen zich in April d. a. v. een controleur te Baligé vestigde, reeds teekenen van gisting onder de bevolking waar te nemen, hoofdzakelijk onder het deel dat zich onder eene gevestig de orde van zaken de gelegenheid benomen zag, hare ware of ver meende rechten met de wapens te beslechten. Onder hen die den toenemenden invloed der Europeanen met wrevel gadesloegen, nam Singa Mangaradja eene eerste plaats in. Naarmate die invloed steeg Koloniaal verslag1 van 1879.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 432