430
Yau deze omstandigheid zond deze ambtenaar telegraphisch mede-
deeling: aan den Gouverneur van S. W., welke autoriteit terstond
met den Militairen Commandant van het gewest in overleg trad
omtrent de wenschelijkheid eener versterking onzer krijgsmacht in
de bedreigde landstreek.
De noodzakelijkheid om de niet onder ons bestuur staande land
schappen Oeloean en Lagoe boti, die bij de invallen van Singa Man
garadja op ons gebied op agressieve wijze van hunne vijandige ge
zindheid jegens ons hadden doen blijken, ter voorkoming van herhaling
gevoelig te bestraffen, legde bij de overwegingen dezer autoriteiten groot
gewicht in de schaal.
Als gevolg van hun overleg embarkeerden den 10en Juli 1883 aan
boord van het stoomschip Graaf' van Bijlandt de kapitein van den
generalen staf, chef van den gew. staf ter S. ~W. K F. J. Haver
Droeze, de le luitenants J. H. Isix en G. E. Rojer, de 2° luitenants
A. A. Sonneveldt en D. J. Schafer benevens 150 onderofficieren en
minderen van de le en 3e compie. v/h. 17de baton. iufie., de le luitenant
W. M. Yan den Broek en 12 onderofficieren en minderen der artil
lerie met 2 mortieren, de 2° luitenant-kwartiermeester Y. W. J. Yan
der Linden met een sergeant-majoor schrijver, een korporaal en een
soldaat genie-werkmanbenevens 7 onderofficieren en minderen van
den hospitaaldienst en 350 dwangarbeiders.
De kapitein Haver Droeze was bestemd om als stafofficier bij de
expeditionnaire macht op te treden.
Elk geweerdragende ontving 50 patronen, terwijl 9360 patronen
als reserve werden medegevoerd.
De artillerie munitie bestond uit 96 granaten en 20 lichtkogels met
bijbehoorende kardoezen en ontstekingsmiddelen. Tevens werd eene
gelijke hoeveelheid artillerie munitie in gereedheid gebracht en met
den eerstvolgenden stoomer naar Siboga gezonden.
Den 3en Juli ontscheepten de troepen vroegtijdig te Siboga, juist
toen daar het bericht was ontvangen van hetgeen op 30 Juui in
Toba was voorgevallen.
De kapitein Haver Droeze nam dadelijk de noodige voorbereidingen
voor den opmarsch naar Sipoholon, zond naar Aik Baissan en Pa-
geran Pisang eenig levend vee vooruit en verkreeg van den Resident
O