462
totdat plotseling is gezegdNeen dat is verkeerd, we moeten doen
wat de Franschen in Algérië hebben gedaan.
Ik heb de jaartelling van den Algerijnschen oorlog, onder het
licht der geschiedenis, iets omstandiger behandeld dan X., om aan
te toonen dat hij niet bijzonder juist is. Maar overigens zie ik niet
in, welk nut wij kunnen trekken uit eene vergelijking tusscheu
hetgeen daar door de Romeinenen door de Franschen werd ge
daan. Mij dunkt, dat X. meer nut zoude hebben gesticht, wanneer
hij omstandig en met goede bewijzen gestaafd, had aangetoond, dat
wij, Atjeh veroverende op de wijze die de Franschen in Algérië
hebben toegepast, en rekening houdende met de mindere oppervlak
te en bevolking van het eerste land, ons naar verhouding niet de
opofferingen in bloed, tijd en geld zullen behoeven te getroosten,
die zij niet hebben kunnen vermijden, en dat wij na de verovering,
weder de mindere uitgebreidheid en bevolking in aanmerking ne
mende, rust en vrede in het geannexeerde gewest zullen kunnen
bewaren, met een leger naar verhouding veel minder sterk dan dat
der Franschen in Algérië. Had hij dat gedaan, na in aanmerking
te hebben genomen dat de soldaat in onze O. I. bezittingen zoo
als ik hiervoor reeds heb gezegd per jaar op bijna evenveel
guldens te staan komt, als de Fransche soldaat in Algérië op francs,
dan zoude hij den lande een werkelijken dienst hebben bewezen.
Maar aan die vergelijking heeft hij zich niet gewaagd. Is dat om
dat hij inziet, dat hij niets beters zoude kunnen doen om de on
waarde van zijn veroveringsplan aan te toonen?
Het doet mij leed, dat de geachte schrijver het citaat van den
I. P., uit een opstel van Paul Gaffarel in de Revue politique et
littéraire, heeft verminkt door het te doen voorkomen alsof iu:
les Kabyles et les Sahariens, c'est-a-dire les vrais indigenes, entrent
ensuite en lutte, et cette fois la guerre est opiniatre, acharnée;
inême a l'heure actuelle, ils ne sont pas tous domptés, het woord
Kabyles niet staat, waardoor hij gelegenheid kreeg, om zijnen
lezers te doen geloovendat bedoeld citaat alleen wijst op de
Toearegs, 1200 K. M. van de kust, van welke Paul Gaffarel in een
ter beschikking van X. staand werk, gezegd heeft: „Les Toearegs
n'ont jamais perdu leur indépendance." 't Laatste spreekt trouwens