606 In „the Army and Navy Gazette" van Zaterdag, 11 April 1885, lezen wij Men heeft de groote golven met zware golfbrekers bestreden. Men kan de vorming van kleine golfjes en kabbelingen beletten door lichte, drijvende voorwerpen, en de strepen zelfs met stof bestrijden. Het algemeen bekende gebruik van olie om den golfslag te doen bedaren, berust op hetzelfde beginsel. De olie verspreidt zich op het water, evenals een hoop billardballen zich over het billard verspreidt. De mo leculen kunnen met drijvende, mikroskopisch kleine balletjes vergeleken worden, waartegen de strepen breken, evenals de golven dit tegen de golfbrekers doen. De olie werkt bovendien als een smeermiddel, waardoor de wind minder vat op het water verkrijgt; en eindelijk werkt de olie ook nog in dezen zin nuttig, dat zij, door de gemakkelijkheid, waarmede de moleculen olie zich over en langs elkander heen bewegen, de oppervlakte van het water effenen en daardoor de werking van. den wind tegengaan. Al deze oorzaken te zamen kunnen ons een denkbeeld geven van het vermogen der olie, om het begin van een golf te voorkomen, zoodat zij dus met recht het kwaad in den wortel aantast. Men zal lichtelijk inzien, dat al de opgenoemde middelen om den golfslag te ver minderen, alleen van uitwerking kunnen zijn op de directe golven; zij zijn van weinig of geen uitwerking op de golven, die door overbrenging van beweging zijn ontstaan. Zoo zal de olie wel de eigenlijke golven doen bedaren, maar geen invloed hebben op de deining der zee na een storm. Gepasseerden Maandag zijn op last van de Admiraliteit te Montrose, Forfarshire, belangrijke proeven genomen met reddingsbommen, uitgevonden door Mr. Gordon. Elf bommen, elk bevattende een gallon 4,5 Liter) olie, werden in zee gewor pen en de uitwerking op het water, toen zij sprongen, was merkwaardig; breede stro ken water werden glad, terwijl de zee buitengewoon onstuimig was. Men zegt, dat de kapitein-ter-zee Bell en andere ambtenaren de proefneming volkomen geslaagd achtten. Dit is wel mogelijk, maar wat ons betreft, wij zijn van meening, dat de tijd gedurende welken het water betrekkelijk rustig is, zoo klein is, dat slechts onder de meest buitengewone omstandigheden, het gebruik van olie voor dit doel, op welke wijze ook, werkelijk nut zal opleveren.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 612