760 Watch, het South Stafford Shire - regiment, de Gordon Highlanders, twee eskadrons van het 19de regiment huzaren, een batterij Egyptische artillerie en 150 ruiters van het kameelkorps. De huzaren en kameelruiters volgden de beide oevers, terwijl de troepen in de booten de rivier met haar verschillende watervallen opwerkten. De colonne vorderde uiterst langzaam slechts ongeveer 45 kilo meter per week werden afgelegdde Nijl vormde hier verscheidene nauwe passen tusschen hooge rotsen, zoodat telkens de troepen moes ten landen en met veel inspanning de vaartuigen tegen de watervallen moesten opslepen. Den 8en Februari werd Birteh bereikt, zonder dat iets van den vijand werd bespeurd. Hier vond men het huis waarin Stewart, Gordon's adjudant, met zijn metgezellen werd vermoord, nadat zijn stoomboot bij Hebeh schip breuk had geleden, en hij het geleide van een arabier had aange nomen, om hem naar Dongola te brengen; die gids had hen echter misleid en te Birteh in een huis gelokt, waar ze op aanstoken van een hoofd, verraderlijk werden vermoord. Alle woonplaatsen van dezen stam werden verbrand en verwoest. Den 9en Februari kwam de colonne tegenover Doelka-eiland en betrok op den oostelijken oever het bivakhier werd het eerst de vijand bespeurd. Deze had zich achter eene reeks rotsen in eene sterke stelling bij Kirbekau verschanst, en wachtte daar blijkbaar den aanval der Eu- gelschen af. Earle besloot ook onmiddellijk deze gelegenheid aan te grijpen en besloot tot den aanval op den 10en. Met achterlating van twee compagnieën in het bivak, rukte hjj tegen de vijandelijke stelling op na een scherp gevecht van eenige uren, trok de vijand langzaam terug, echter niet zonder zware verliezen. Men stiet ten slotte op een groot versterkt huis, waarin hij zich hardnekkig verdedigde; terwijl Earle persoonlijk den aanval leidde, werd hij hieruit door een schot in het hoofd getroffen de verdedigers wilden van geen overgave weten, en het huis werd in brand gestoken, zoodat allen in de vlammen omkwamen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 147