865 sterfte onder de kameelen; vermoedelijk moet hierin, in verband met het vroeger aangevoerde wel de hoofdreden worden gezocht, die Wol- seley er toe deed besluiten een gedeelte zijner strijdkrachten voor een nevendoel te gebruikeneen andere verklaring is daarvoor ten minste niet te vinden. De colonne onder den generaal Earle ontmoette den vijand, ter sterkte van ongeveer 4000 man, den 10<lcn Febr. '85 in een versterkte stelling bij Kirbekanna een gevecht van ongeveer vijf uur werd de vijand, na bijna geheel omsingeld te zijn, met zwaar verlies geheel verslagen. Tot bijzondere opmerkingen geeft dit treffen geen aanlei ding; het verlies der Engelschen bedroeg hierbij ongeveer 2u/0,wel een bewijs dat, den langen duur van het gevecht in aanmerking genomen, dit niet bijzonder hardnekkig kan geweest zijn. Eén zaak verdient hierbij echter ten zeerste de aandacht, n. 1. het sneuvelen van den opperbevelhebber en twéé kolonels regiments (bataljons) com mandanten terwijl nog een hoofdofficier gewond werdwel een bewijs dat zelfs de hoogste bevelhebbers persoonlijk een werkzaam aandeel aan het gevecht hebben genomen en zich niet bij de reser ves hebben opgehouden; of hunne aanwezigheid in het heetst van het gevecht noodig geweest is kan moeielijk worden beoordeeld onwillekeurig komt men er echter toe die gevolgtrekking te maken. Is die gevolgtrekking onjuist en zou daarom die handeling worden afgekeurddan kan men met den Russischen generaal Dragomirow daartegen aanvoeren: „Veldslagen worden alléén gewonnen met lieden „die moeten worden tegengehouden, en niet met hen die moeten „worden aangespoord." Van meer belang zijn de wederwaardigheden van de colonne, welke onder bevel van den generaal Stewart den 275 kilometers langen weg door de Bajuda woestijn had af te leggen. Na het bezetten en versterken van een tweetal posten op de com municatie-lijn en het opvoeren van levensmiddelen en krijgsvoorraad derwaarts aanvaardde die colonne den 14den Januari '85 den marsch van de Gakdoelputten (ongeveer halfweg) naar de putten van Abu- Klea, ter sterkte van ruim 1500 man met 3 schroefkanonnen en één Gardnerkanon (voor infanterie-munitie)Galcdoel was versterkt en door een detachement van ongeveer 250 man bezet. Alleen de ca-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 252