873 Metamnehwaaruit bleek dat deze plaats goed bezet wasvolgens het officieele rapport zou een aanval zeer goed uitvoerbaar zijn ge weest, doch werd daarvan afgezien omdat die niet noodzakelijk was en dus de goede uitslag de verliezen niet zou hebben vergoed. Als vrij zeker mag men wei aannemen dat de toestand der colonne en de reeds geleden verliezen (in twéé dagen ongeveer 22°/0) bij dit besluit den doorslag hebben gegeven. Op denzelfden dag kwamen vier van generaal Gordon's stoomboo- ten met ongeveer 400 man te Gubat aanmet een detachement van ruim 200 man ging kolonel Wilson den 24sten Jan. op twéé dier stoomers scheep naar Khartoem. Den 28sten d. a. v. in het gezicht van die plaats gekomen, vond hij den vijand reeds in het bezit daar van en moest, na geruimen tijd hevig beschoten te zijn, onverrich- terzake terugkeeren. Den 29sten Jan. verongelukte één der stoomers, de tweede deelde den 31sten in het zelfde lot, het gelukte evenwel al de opvarenden met wapens en munitie op een eiland in den Nijl aan den wal te brengen. De toestand was echter zeer kritiek want de vijand was overal op zijn hoede en van het verongelukken der schepen onder richt, terwijl benedenstrooms een gevaarlijk gedeelte van het vaar water uit goed gedekt opgesteld geschut bestreken werd en aldaar een talrijke vijand op de been was. Onder bescherming der duisternis gingen één officier, 4 Engelsche soldaten en 8 inlanders (allen vrijwilligers) met een sloep de rivier af om bericht van het gebeurde naar Gubat over te brengenhoewel door den vijand beschoteu, kwam de bemanning der sloep zonder verlies aldaar tegen den morgen aan. Nog deuzelfden dag (1 Pebr.) ging de kolonel der marine Beres- ford met 40 matrozen en één Gardnerkanon aan boord van een stoomer den Nijl op om de schipbreukelingen af te halen; den vol genden morgen in het gezicht van het wrak gekomen, kreeg het schip in een vuurgevecht met de vijandelijke batterij op den linkeroever een granaat door den stoomketel en was daardoor genoodzaakt onder het vuur van die batterij ten anker te gaan. Den geheelen dag bleef de stoomer daar liggen terwijl de ketel hersteld werd, al dien tijd in een hevig vuurgevecht gewikkeld, ten 1885, Dl. II. 57

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 260