924 ons op 600, 800 of 1000 M. met rust laat, behoeft zulks voor ons geen reden te zijn, om eveneens niet te vuren. Men begrijpe mij goed. Eene troepenafdeeling in hinderlaag gelegd, geeft uit den aard der zaak geen vuur, vóór zij haren slag kan slaan, maar eene bezetting van een benteng, die des daags brutaal aangevallen wordt, kan, dunkt mij zeer wel het vuur in gesloten orde openen, vóór dat zij kans beloopt, zelve gewonden te verkrijgen. Het geldt hier slechts de vraag of de trefkansen van dat gesloten vuur opwegen tegen het munitieverbruik, den munitievoorraad en de gelegenheid tot munitieaanvulling. Ik ijver dan ook in geenen deele voor het gebruik van salvovuren met verschillende vizierhoogten op de maximum afstanden, zoodra men slechts de kans zou loopen één enkelen vijand buiten gevecht te stellen, doch ik veroorloof mij wel in algemeenen zin het salvo- vuur op grootere afstanden aan te prijzen, nu ik daarvan in Ne derland zulke inderdaad schoone uitkomsten zag. Afgescheiden van alle andere beschouwingen omtrent practische bruikbaarheid van zekere theoriëen tegenover den inlandschen vijand, is de mogelijkheid niet buitengesloten, dat het Nederlandsch-Indisch leger te eeniger tijd zich met een buitenlandschen vijand zal heb ben te meten. Er is vooral tegenwoordig in de Europeesche kabinetten der sou- vereinen zulk een vreemde atmosfeer waar te nemen, met het oog op koloniën „raubereien", dat men zich eigentlijk over niets meer mag verwonderen. En komt het éénmaal tot een oorlog met een door Europeesche officieren aangvoerden vijand, met of zonder Pickelhaubet doet er niet toe, dan toch zullen wij hoog noodig zelfs onderofficierskader dienen te bezitten, dat althans van het vuren met 2 of 3 vizieihoog- ten zich eenige rekenschap zal kunnen geven, om daarvan te rech ter tijd gebruik te maken, als zij, bij het buiten gevecht stellen van hun luitenant, zelf het vuur van een peloton zullen hebben te leiden. Yan achter onze bergkammen zal dan de infanterie met haar plon- goercnd vuur, op de grootere afstanden met het veld- en bergge-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 311