1008
verspreid over de garnizoenen: Hingoli, Aurangabad, Bolarum, Mo-
minabad, Ellichpur, Jalna en Raiehore.
II. De Cavalerie van Centraal Indië. Hoofdkwartier Agar, WestMahoa.
Staf.
Kolonel, commandant,
Kolonel, tweede commandant,
Luitenant, stafofficier.
Troepen.
Zooals uit het eerste gedeelte van dit opstel is gebleken, bedraagt
de totaalsterkte dezer troepenmacht 6 eskadrons Cavalerie, ver
spreid over twee garnizoenenAgar en Goona.
III. Het Malwa Bheel corps, een bataljon Infanterie j hoofdkwartier
te Sirdarpore en verspreid over de navolgende garnizoenenSirdar -
pore, Patee, Salawud, Burwani, Allyrajpore, Jobut en Jhabua.
IV. Het Bhopal-bataljon, te Sehore en Indore in garnizoen.
V. De uit Infanterie en Cavalerie samengestelde ongeregelde troe
penmacht van Deoli, te Deoli in garnizoen.
VI. De uit Infanterie en Cavalerie bestaande ongeregelde troepen
macht van Erinpura, verspreid over de garnizoenenErinpura, Abu
en Bickaneer.
VII. Het Meywar Bheel corps, verspreid over de garnizoenen
Kherwara en Kotra.
VIII. Het Merwara-bataljon, te Ajmere in garnizoen.
IX. De compagnie, dienende tot bewaking van den resident in Nepal.
De feitelijke sterkte van bet leger in Bengalen bedraagt dus het
totaal der tot de hierbovengenoemde veertien afzonderlijke of zelf
standige legerafdeelingen, waarin dit gouvernement is verdeeld, behoo-
rende eenheden der verschillende wapens
4
i
t'c
O
j 2
oi
Bataljons.
Eskadrons.
Rijdende en
Veldbatterijen
Bergbatterijen.
Compagnie
Vesting Art.
Compagnie
Genietroepen.
A anmerhingen.
1
8
3
3
1
1° t/m. 13e legerafdoeling:
1
de detachementen en
3
a
3
0
2
depóts niet medegere-
7
6
2
kend.