1033
lande, uit ongebuild tarwemeel bestond, heeft men, na langdurig on
derzoek, sedert 1 Januari van dit jaar, het op 12 °/0 gebuild tar
wemeel aangenomen. Reeds in 1870 werd aldaar aan eene gemeng
de commissie het onderzoek opgedragen naar de middelen, welke tot
verbetering van het munitiebrood konden leiden. Deze commissie (1)
bracht in het daarop volgend jaar een hoogst belangrijk rapport uit,
waarin zij onder meer het voorstel deed, om voor het militair brood
tarwemeel met 10 °/0 builing te bezigen. Niet alleen, dat daardoor
het brood minder zwaar en meer smakelijk zoude zijn, maar' ook
was de commissie van oordeel, dat het aldus 10.6 °/o aan voedende
bestanddeelen zoude winnen. Daarbij grondde zij zich:
lsl° op de analijse van Poggiale, volgens welke de zemelen 56 °/0
aan onverteerbare stoffen bevatten, zoodat derhalve, bij eene builing
van 10 °/0 5,6 0/o onverteerbare stoffen afgescheiden worden; en
2de op het groot hygroscopisch vermogen van de zemelen, waar
door, blijkens door de commissie genomen proeven, het brood met
zemelen, 24 uren na het bakken, 45 °/0 water bevat, terwijl dat,
waaruit 10 °/0 zemelen verwijderd zijn, onder dezelfde omstandighe
den, slechts een watergehalte van 40 °/0 bezit.
Dat dit voorstel eerst 13 jaren later werd aangenomen, moet hoogst
waarschijnlijk alleen worden toegeschreven aan de omstandigheid,
dat de aanneming tot belangrijke financieele uitgaven voor het Rijk
zoude leiden. De commissie rekende toch in haar rapport uit, dat
het brood dientengevolge jaarlijks 277131,20 francs meer zou kosten.
In België moet men dan ook wel doordrongen zijn geweest van
de noodzakelijkheid van den ingevoerden maatregel, dat men, door
de hoeveelheid uit het meel te verwijderen zemelen op 12 °/0 te
stellen, zelfs verder is gegaan dan door de commissie werd voorge
steld en derhalve de genoemde jaarlijksche vermeerdering aan uit
gaven nog zal worden overschreden.
(1) De commissie bestand uit de H. H.
Vleminchxlid van de kamer der volksvertegenwoordigers, vice- president van de
„Conseil supérieur d'hygiène", voorzitter,
Arend, Luitenant-generaal
ThiebauldHoofdintendant j
leden.
Jouret, idem
De Costere, Militair onder-intendant, Secretaris.