1051
de oogen durven zien, den moed die hen bij eene goede aanvoering
bezielt, zou den Indischen soldaat zeker doen opklimmen tot een der
besten van de wereld, zoo zijne geoefendheid in het schieten gelijken
tred hielt met bovengenoemde edelaardige hoedanigheden.
Geeft hen die geoefendheid, Officieren! en het Nederland-
sch Oost-Indi9ch leger zal er trotsch op kunnen zijn een dei-
schoonste en geduchtste legerkorpsen der wereld uit te maken.
Is het eene dwaling te gelooven aan de mogelijkheid elk soldaat
te herscheppen in een degelijk schutter? M. i. niet; men den-
ke slechts aan den Transvaalschen boer. Van hem leert men,
wat een bedreven schutter vermag en hoever wij bij hem ten ach
ter staan, vooral als men hierbij nog bedenkt, dat al die ervarenheid
verkregen werd door niet veel meer dan eigen oefening op onbe
paalde tjjdstippen en plaatsen. Laat ons van die boeren leeren, dat
al wat bij ons stelselmatig is bij het leeren schieten met gerustheid ach
terwege kan worden gelaten, en dat theoretische kennis niet direct
noodig is tot het vormen van goede schutters.
Een goed schutter wordt gevormd door den man b. v. dagelijks
practisch te oefenen. Laat hem dagelijks schieten; hij zij niet ge
bonden aan een zeker aantal patronen, welk aantal voor elk schiet-
seizoen thans is vastgesteld. Verder is het noodig dat de schietter-
reinen onbewoonde terreinen of oorden zijn, terreinen waarop men
zich in alle richtingen kan en mag bewegen naar goedvinden;
terreinen dus, die van onze zoogenaamde schietbanen in alle opzich
ten afwijken.
Rij wijze van proef detacheere men eens naar een terrein als bo
venbedoeld, dat in Indië geloof ik, naar keus en keur te vinden is, eene
compagnie infanterie of wel een onderdeel daarvan, voor bv 3 of
6 maanden, aan den commandant de wijze van oefenen van dien troep
in zoo verre overlatende, dat hij steeds als het hoofddoel zijner deta
cheering besehouwe: „Vormen van goede schutters" en dat dit ver
kregen worde door den man steeds en ten alle tijde werkdadig te oefenen.
Dat ook hierbij even als thans ter aanmoediging der schutters pre-
miën en prijzen moeten worden verstrekt is duidelijk, maar ik wensch-
te zulks op geheel andere wijze te zien ingericht.
Maandelijksche en driemaandelijksche concoursen, om prijzen als
