10G5 - het horizontale vlak de projectie der vuurlijn snijdt onder een hoek van 50°. Schaal 1 100. (1- uur) 2. Teeken de horizontale projectie van een barbet in een saillant van 140°. Het profiel der borstweringen is aangegeven. Üe barbet is 5.50 M diep en ligt 1 M onder de vuurlijn. De oprit heeft eene helling van 1 4de andere taluds van 1/]. Schaal 1 200. uur) 3. Teeken de horizontale projectie van een recht, diep schietgat, ge sneden in eene borstwering van aangegeven profiel, binnenwijdte 0.60 M, buitenwijdte, ter hoogte van den buitenkruin gemeten, 1.50 M; de zij wangen zijn opgezet onder eene helling van Daarbij ook aan te ge ven de horizontale projectie van de barbet (zonder oprit en achtertalud) waarop het stuk geschut komt te staan, rekenende op eene hoogte van het kniestuk van 0.90 M. De zijtaluds der barbet zijn opgezet onder eene helling van Ook te teekenen de verticale doorsnede over de as van het schietgat. Schaal 1 100. (1 uur) 4. Teeken de horizontale projectie van de samenkomst van eene flank- horstwering (vuurlijn op 2.50 M) met eene keelborstwering (vuurlijn op -f_ 1.80 M). De hoek, die de beide borstweringen met elkaar maken, is 75°. De vuurlijn der keelborstwering ligt 1.50 M. achter het uitein de van die der flankborstwering. (De profielen werden gegeven). Schaal 1100. (f uur) 5. Teeken de horizontale projectie van een oprit tegen eene borst wering met aangegeven profiel, uitloopende in de vuurlijn, breed 3 M, helling 1/4. De zijtaluds hebben eene helling van 1/1. Schaal 1 100. (|- uur) Analytische meetkunst. 1. De afstand tusschen twee plaatsen A en B bedraagt 24 KM. Het hoofd van eene colonne, welke eene marschdiepte beslaat van 11 /2 KM, vertrekt met eene marschsnelheid van 4 KM per uur, ten 5 uur.v. m. uit A. Na elk uur marcheerens houdt zij een kwartier rust en na elke 3 uur een rust van één uur. Op het oogenblik dat de staart van de co lonne de plaats B weder verlaat, om in de richting AB verder te gaan, sluit bij haar aan eene cavaleriepatrouille, welke met eene gemiddelde snel heid van 7 KM. in het uur, uit A de colonne is nagezonden. Maak door eene graphische voorstelling duidelijk, hoe laat die patrouille uit A ver trokken is. (-?, uur) 2. Twee afdeelingen cavalerie vallen gelijktijdig op elkander aan. De afstand tusschen beiden bedraagt 2000 M. De eerste af deeling legt 600 M. af in draf, 300 M. in galop en 100 M. in ren, met eene

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 450