1085
waarts van Olir Blang gelegen dijkje,
en de kampong door granaatvuur
jj geteisterd.
Na eenige worpen en salvo's der
2e comp. 14e bat. I 1 compagnie Götz, rukte deze in eom-
(Le Cocq d'Ar- pagnies-colonne op den westelijken
mandville). ]{amp0ngrand aan, terwijl de com
pagnie Le Cocq het noordelijk gelegen deel zou aantasten. Le Cocq
ontmoet geen tegenstand, rukt de kampong binnen, verbrandt met
behulp van eenige Blangmeiers een groot deel der kampong en ver-
eenigt zich daarna met de colonne, toen deze zich ten westen van
Olir Blang bevond.
Intusschen is Götz op de kampong aangerukt, zonder dat de vijand
een enkel schot op hem doetdicht bijgekomen ontvangt hij eenig
vuur, waarop de stormpas wordt aangenomen en men spoedig met
behulp der sapeurs binnen de kampong is. Hierbij werd een inlandsch
fuselier gewond. Na eenige huizen aan de vlammen te hebben prijs
gegeven, rukt Götz op den westelijken rand aan, neemt in den noord
westelijken hoek eene kleine redoute met verlies van een gewonde,
en vernagelt daar twee stukken. Zuidwaarts marcheerende, ontvangt
•Götz op zijn rechterflank vuur uit de westelijk gelegen sawah, en,
wetende dat Le Cocq zich op zijn linkerflank in de kampong
bevindt, doet hij zijne compagnie op de sawah deboucheeren en ver
jaagt den vijand uit zijne stelling achter een dijkje, dat evenwijdig
aan den kampongrand lag. De vijand vlucht met achterlating van
dooden en gewonden naar eene in het zuidwestelijk deel van Olir
Blang gelegen benteng.
De marine-landingsdivisie nam deel aan de bestorming van Olir
Blang met de daarin gelegen versterking, en had zich uitstekend van
hare taak gekweten.
Götz nam positie achter een grafheuvel, gelegen op 150 passen
van de versterking, waarin de vijand gevlucht was, en werd daar
door lilla- en geweervuur bestookt.
De hoofdtroep was intusschen, den kampongrand volgende, op
gerukt tot ten westen van Olir Blang toen Le Cocq last kreeg, zich
bij den hoofdtroep aan te sluiten.