1121 pagnieën van het bataljon in de kazerne moeten zijn teruggekeerd, b. v. in verband met het te houden middagappel, dan bestaat daartoe alle vrijheid. De compagniescommandant moet overigens weten, hoelang, hoe dikwijls en in welke richting hij kader en manschappen oefenen zal in exerceeren, gymnastiek, tirailleeren, velddienst, pionieren, seinen, marsch- en transport-, inwendigen- en garnizoensdienst. Door voor te schrijven, wat de kapitein dagelijks zal doen, kweekt men onzelfstandige compagniescommandanten. De kapiteins zullen voortaan dus veel meer dan vroeger moeten worden losgelaten opdat zij woekerende met den tjjd en de voor handen middelen, zich geheel zullen kunnen kwijten van de hun dooi de reglementen voorgeschreven verantwoordelijkheid. Deze nieuwe toestand zal de „malaise" verdrijven, welke thans onmiskenbaar heerschtvoorts lust en ijver aankweeken en ten slotte oorzaak zijn, dat de officieren beter dan vroeger hunne reglementen en dienstvoorschriften zullen kennen. Gaat het bij een der compagnieën niet naar wensch, bemerkt de bataljonscommandant, dat er geluierd wordt of dat het onderricht niet oordeelkundig gegeven wordt, dan eerst grijpt de bataljonschef in. Deze oefeningswijze zal onder de goede en ambitieuse compagnies commandanten een weldadigen naijver wekken, wie van hen de beste resultaten verkrijgen zal; een naijver, die nochtans niet te ver mag worden gedreven, waardoor van den soldaat wellicht te veel gevergd zou worden. Het ligt in den aard der zaak, dat iedere bataljonscommandant nu en dan een dag voor zich uitkiestom de 4 compagnieën geza menlijk onder zijn oppercommando, eene velddienst- of tirailleur oefening te doen houden dan wel in de bataljonsschool te doen exer ceeren opdat het onderling verband der 4 compagnieën niet verloren ga. Regel echter is hetdat iedere compagniescommandant ga waar heen hij wil, om te doen wat hij verkiest en terug te keeren, als hij er lust in heeft. Deze door den Inspecteur der Infanterie op de compagniescommandan ten afgegeven wissel geldt niet alleen de gewone wapenoefeningen, maar

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1885 | | pagina 506